Under German law, some churches and religious societies are entitled to levy a church tax and/or fee on their members. The five applicants complained that, when such taxes or fees were calculated and levied on the basis of the joint income of both the applicant and their spouse, it violated their right to freedom of religion. In the case of Klein and Others v Germany the European Court of Human Rights held, unanimously, that most of the complaints under Article 9 (freedom of religion) of the European Convention of Human Rights were inadmissible. In particular, this was because in these cases the taxes/fees had been levied not by the State, but by the applicants' churches – which the applicants were free to leave under German law. As such, in most of the cases the levying and calculation of the taxes/fees had been an autonomous church activity, which could not be attributed to the German State.
Gerelateerde artikelen
EU-landen lopen achter met invoering van de minimumbelasting
De Europese Commissie sleept Spanje, Cyprus, Polen en Portugal voor de rechter omdat deze EU-landen Pijler 2 nog niet hebben omgezet naar nationale wetgeving.
Antiwinstdrainageregeling is verenigbaar met het Unierecht
Het HvJ EU stelt vast dat de Nederlandse renteaftrekbeperking van art. 10a Wet VPB 1969 een verschil in behandeling inhoudt dat in grensoverschrijdende situaties een afschrikkend effect kan hebben op de vrijheid van vestiging. Dit is echter legitiem om fraude en belastingontwijking te bestrijden.
Over de KOR in andere EU-lidstaten
Vanaf 1 januari 2025 is het mogelijk om gebruik te maken van een kleineondernemersregeling (KOR) in een andere EU-lidstaat. Voor de ondernemer die uitsluitend in Nederland activiteiten verricht heeft de aangenomen wet niet veel gevolgen. De wijzigingen in de KOR zien met name op het verkleinen van verschillen tussen de Nederlandse KOR en de KOR in andere EU-lidstaten. Zo hoeft de ondernemer zich in principe niet meer te registreren in een andere EU-lidstaat en hoeft in die EU-lidstaat ook geen btw-aangifte meer te worden gedaan. Fiscaal Advies van InView Essential zegt er het volgende over.
NOB wil duidelijkheid over herzieningstermijn in voorstel BTW-herziening op investeringsdiensten
De NOB stelt in een reactie op de internetconsultatie over de Eindejaarsregeling 2024 voor om kritisch te kijken naar het onderdeel BTW-herziening op investeringsdiensten. Hiertoe geeft het arrest van het Hof van Justitie EU van 12 september 2024 (Drebers), V-N 2024/41.13, aanleiding, aldus de Orde. Met het voorstel wil het kabinet met name short stay structuren bestrijden (V-N 2024/14.9).
Kwartaalrapportage lopende EU-wetgevingsvoorstellen september 2024
Minister Heinen van Financiën heeft de kwartaalrapportage van de lopende EU-wetgevingsvoorstellen naar de Tweede Kamer gestuurd. De rapportage is een bijlage bij het verslag van de Ecofinraad van 14 september 2024.
Gerecht past onjuist referentiestelsel toe bij Britse CFC-vrijstellingsregeling: EC-besluit vernietigd
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het Gerecht blijk heeft gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te bevestigen dat het referentiestelsel voor de toetsing van de selectiviteit van de betrokken vrijstellingen aan art. 107 lid 1 VWEU uitsluitend bestond uit de CFC-regels.
Duitse vennootschap geen recht op teruggaaf ingehouden dividendbelasting
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt, onder verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad van 9 april 2021, dat het Duitse X geen recht heeft op teruggaaf van de ingehouden dividendbelasting. Er is geen sprake van belemmering van het vrije verkeer van kapitaal. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).