De Belastingdienst heeft een kort geding aangespannen tegen de erfgenamen van een oud-lid van de Belastingkamer van de Hoge Raad om meer informatie te krijgen over de trusts waarin zijn vermogen was ondergebracht. Het oud-lid van de Hoge Raad wordt genoemd in de Panama Papers.

De oud-raadsheer, Jos van der Vorm, overleed in 2006. Naar aanleiding van het onderzoek naar de Panama Papers, waarin zijn naam opdook, heeft de Belastingdienst vragen gesteld aan de erfgenamen van Van der Vorm over een vermogen van naar schatting € 7,6 miljoen dat zou zijn gestald op de Britse Maagdeneilanden. De stiefdochters van Van der Vorm, die één van de begunstigden waren van de trusts, stellen pas sinds 2016 van de trusts op de hoogte te zijn en alle informatie reeds aan de Belastingdienst te hebben verstrekt.

Uit de Panama Papers blijkt dat Van der Vorm in 1997 samen met zijn zoon een structuur heeft opgezet om zijn vermogen te beheren. De structuur liep via Bermuda naar bedrijven op de Maagdeneilanden. Daar bevond zich het vermogen. Van der Vorm koos bewust voor deze opzet om het vermogen buiten het zicht van de autoriteiten te houden.

De zoon, die in Monaco werkt en woont, was volgens het FD begunstigde van alle trusts. Hij deed schenkingen aan zijn vader toen die nog leefde, aan een zus, die in Londen woont, en aan zijn beide in Nederland wonende stiefzussen uit de voor hen bestemde trusts.

De Belastingdienst heeft vanaf 2006 navorderingen opgelegd aan de stiefzussen. Voor de navordering wil de Belastingdienst meer informatie dan de stiefzussen hebben gegeven. Het kort geding dient dinsdag 19 november voor Rechtbank Den Haag.

Bron: FD

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting

18

Gerelateerde artikelen