Op 13 juli 2012 besliste Rechtbank Breda dat de Belastingdienst ongeoorloofd onderscheid maakt tussen privé-en ondernemingsvermogen. De vrijstelling van erfbelasting voor ondernemingsvermogen moet ook gelden voor privévermogen. Omdat de uitspraak gevolgen kan hebben voor elke aanslag erf-en schenkbelasting die nog niet onherrroepelijk vaststaat, is er massaal bezwaar aangetekend.
De Belastingdienst is inmiddels in hoger beroep gegaan en ziet de uitkomst van eventuele procedures nog steeds met het volste vertrouwen tegemoet. De praktijk is echter minder overtuigd, getuige het grote aantal bezwaarschriften.
Om de stroom in goede banen te leiden en een en ander hanteerbaar te houden, heeft Weekers een besluit uitgebracht. Hierin wijst hij de bezwaarschriften tegen de aanslagen erf-en schenkbelasting naar aanleiding van de uitspraak van de rechtbank aan als massaal bezwaar.
Massaal bezwaar
In een brief aan de Tweede Kamer legt Weekers uit wat de regeling voor massaal bezwaar precies inhoudt. De bezwaarschriften waarop nog geen uitspraak is gedaan ten tijde van de dagtekening van het besluit (23 oktober 2012) gaan op in de regeling. Ook geldt de regeling voor bezwaarschriften die worden ingediend tot en met de dag voorafgaande aan de dag waarop de collectieve uitspraak wordt gedaan, dan wel de dag voorafgaande aan de dag waarop de uitspraak onherroepelijk wordt waarin de rechter geheel of gedeeltelijk tegemoetkomt aan het standpunt van een belanghebbende in een geselecteerde gerechtelijke procedure.
Inmiddels zijn een zestal bezwaarschriften geselecteerd in overleg met de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs, de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie en de Vereniging van Estate Planners in het Notariaat. Voor deze bezwaarschriften gaat de gerechtelijke procedure lopen.
Als de Belastingdienst niet geheel in het gelijk wordt gesteld, worden ook de aanslagen herzien van de belastingplichtigen die geen bezwaar hebben ingediend. Bezwaar indienen nadat het besluit in werking is getreden is dus niet nodig, aldus Weekers. Voorwaarde is wel dat de aanslag op het moment van de dagtekening van het besluit nog niet onherroepelijk vaststaat.
Stelt de Hoge Raad de Belastingdienst uiteindelijk in het gelijk dan worden de als massaal bezwaar aangewezen bezwaren gezamenlijk afgewezen. Dit gebeurt door een collectieve uitspraak door de inspecteur, die gepubliceerd wordt in onder andere de Staatscourant.
Tegen een collectieve uitspraak staat geen beroep open maar Weekers bevestigt dat als iemand het niet eens is met deze uitspraak hij binnen redelijke termijn bij zijn "eigen" inspecteur alsnog een individuele uitspraak op bezwaar kan aanvragen. Hiertegen kan namelijk wel beroep worden ingesteld bij de rechtbank.
Tweede Kamer aan zet
Het woord is nu aan de Tweede Kamer. Als de Kamer zich niet binnen vier weken kan verenigen met de aanwijzing als massaal bezwaar dan vervalt het besluit van Weekers. De Belastingdienst zal dan ieder bezwaar afzonderlijk moeten behandelen.
Bron: Redactie TaxLive
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Bronbelasting, Schenk- en erfbelasting