
Het kabinet heeft nog geen alternatieven klaarliggen om de industrie te verduurzamen, nu de Tweede Kamer een streep wil zetten door de CO2-heffing industrie. Dat heeft staatssecretaris Van Oostenbruggen van Financiën gezegd in een Kamerdebat. Ook voor de nadelige gevolgen voor de schatkist is nog geen financiële dekking.
Een Kamermeerderheid, waaronder de regeringspartijen VVD en BBB, stemde vorige week in met een voorstel van CDA en SGP om de CO2-heffing industrie zo snel mogelijk te schrappen. In antwoord daarop liet klimaatminister Hermans weten het belastingtarief voorlopig op 0 te zetten. Voor afschaffing is een wetswijziging nodig.
De staatskas loopt door deze maatregel ongeveer € 300 miljoen aan belastingopbrengsten mis. Daarnaast komt de uitkering van een bedrag € 1,2 miljard uit het Europese coronaherstelfonds mogelijk in gevaar als deze aan Brussel beloofde hervorming niet doorgaat. Ook de klimaatdoelen voor de industrie raken verder uit zicht.
In de Klimaatwet is vastgelegd dat de uitstoot van broeikasgassen in 2030 met 55% moet zijn verminderd ten opzichte van 1990. De CO2-heffing vormt "een stok achter de deur" voor bedrijven om daar hun bijdrage aan te leveren, zei Van Oostenbruggen. Het kabinet staat daarom niet te juichen bij de wens van de Kamer om deze belasting te schrappen.
Van Oostenbruggen wees daarbij ook op het bericht eerder deze week dat een aantal grote bedrijven niet langer mee wil doen aan een zogeheten maatwerkafspraak om met hulp van de overheid te verduurzamen. De CO2-heffing, waarvan de opbrengst wordt gebruikt om ondernemingen die dat wel willen te helpen, zorgt er juist voor dat deze weigeraars toch meebetalen.
Bron: ANP
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Milieuheffingen