Voor het aanvragen van WBSO heeft een ondernemer een eHerkenningsmiddel nodig op niveau 3 (eH3) met een machtiging 'RVO diensten op niveau 3' of 'Alle diensten op niveau 3'. Dient iemand een volledige aanvraag in voor een ander bedrijf, dan heeft diegene per bedrijf ook een ketenmachtiging nodig.

Ondernemer die vanaf 1 januari 2022 gebruik wil maken van de WBSO, moet zijn aanvraag uiterlijk 20 december 2021 indienen. Voor zelfstandigen is dit 1 januari 2022.

Wijzigingen WBSO in 2022 voor ondernemingen met personeel

• Het tarief voor de 1e schijf is nu 32% (was 40%) en het tarief voor de 1e schijf voor starters is 40% (was 50%).
  
  
• Elke aanvraag die de ondernemer indient, loopt automatisch tot en met 31 december. Aanvraagperiodes mogen elkaar nu overlappen. Heeft een ondernemer bijvoorbeeld een aanvraag ingediend met startmaand januari, dan kan hij daarnaast een nieuwe aanvraag indienen met bijvoorbeeld startmaand februari of maart. De ondernemer kan maximaal 4 aanvragen per jaar indienen (exclusief intrekkingen). De aanvraagperiode start op de 1e van de maand volgend op de maand waarin hij de aanvraag indient. Hierop is één uitzondering. Start de aanvraagperiode op 1 januari, dan dient de ondernemer de aanvraag uiterlijk 20 december in.
  
  
• In de 1e aanvraag van het kalenderjaar maakt de ondernemer per project een realistische inschatting van de benodigde tijd (en eventuele kosten en uitgaven) t/m 31 december. Dien alleen een nieuwe aanvraag in:
  
  
  • voor nieuwe S&O-projecten;
  • bij een wijziging van de inhoud van een S&O-project. Benoem in het aanvraagformulier de wijzigingen bij ‘Update project’;
  • als andere kosten en uitgaven worden gemaakt dan aangevraagd;
  • als er meer uren, kosten en uitgaven worden gemaakt dan in totaal is aangevraagd.
    
    
• Verrekening gaat per 2022 eenvoudiger. De ondernemer kan nu zelf bepalen hoeveel van het toegekende WBSO-voordeel hij in welk aangiftetijdvak verrekent. Hij kan bijvoorbeeld het totale bedrag in een bepaald aangiftetijdvak verrekenen. De ondernemer kan ook verrekenen via een door hemzelf gekozen verdeling over de aangiftetijdvakken.
  
  
• De ondernemer moet er, bij de aanvraag voor werkelijke kosten en uitgaven (geen forfait), rekening mee houden dat hij alleen de specifieke kosten en uitgaven mag melden die hij in de aanvraag heeft opgenomen én die de RVO heeft toegekend. Dit geldt voor WBSO-aanvragen van 2022 en later.

Lees meer over de wijzigingen voor 2022 in de Kamerbrief van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat.

Bron: RVO