Sinds 1 januari 2010 gelden er zeer ruime faciliteiten in de inkomstenbelasting en in de erf- en schenkbelasting voor de schenking van een onderneming, ook wel bekend als de bedrijfsopvolgingsregelingen. Indien deze regelingen kunnen worden toegepast dan kan de totale heffing van inkomstenbelasting en schenkbelasting worden gereduceerd tot maximaal 3,4%. Echter, aangezien er geen vergelijkbare faciliteiten zijn opgenomen in de overdrachtsbelasting, kunnen vastgoedondernemers bij bedrijfsopvolging tegen een forse aanslag overdrachtsbelasting aanlopen. Dat maakt bedrijfsopvolging tijdens leven voor hen nog steeds een mission impossible.

Kunt u gebruik maken van deze bedrijfsopvolgingsfaciliteiten?

Een van de belangrijkste voorwaarden voor de toepassing van deze bedrijfsopvolgings-faciliteiten is dat sprake moet zijn van een onderneming. Voor vastgoedvennootschappen bestaat in de praktijk veel discussie met de Belastingdienst of er met de verhuur van het onroerend goed wel daadwerkelijk sprake is van een onderneming. De Belastingdienst is in de meeste gevallen van mening dat geen sprake is van een onderneming, maar van beleggen in vastgoed. Recente jurisprudentie wijst uit, dat er wel degelijk sprake kan zijn van een vastgoedonderneming.  Dit is afhankelijk van alle feiten en omstandigheden. Een van de factoren voor de beoordeling of sprake is van een onderneming, is de mate van arbeid die door de ondernemer wordt verricht alsmede of met deze werkzaamheden een hoger rendement kan worden gehaald dan dat bij beleggen het geval zou zijn geweest.

Wel een onderneming, maar dan…

Mocht echter al consensus worden bereikt over het drijven van een onderneming door middel van de verhuur van vastgoed, waardoor gebruik kan worden gemaakt van de bedrijfsopvolgingsregelingen, dan houdt het voor vastgoedvennootschappen nog niet op. Bij een schenking van aandelen in een vastgoedvennootschap is namelijk nog 6% overdrachtsbelasting verschuldigd over de waarde van het vastgoed. Voor deze situatie bestaan slechts zeer geringe faciliteiten. Indien de aandelen in de vastgoedvennootschap pas worden overgedragen bij het overlijden van de aandeelhouder,  is er geen overdrachtsbelasting verschuldigd. Het is daarom in de meeste gevallen goedkoper om een bedrijfsopvolging van een vastgoedvennootschap te regelen bij testament. Echter, bij veel vastgoedondernemingen bestaat de wens om de bedrijfsopvolging reeds tijdens leven te realiseren. Een aanpassing van de overdrachtsbelasting is daarbij dan ook zeer gewenst.
 
In een onlangs verschenen artikel in het Weekblad voor Privaat Notariaat en Registratie (WPNR) (zie WPNR 2014/7032, p. 859 – 870) lichten Nicole Govers-de Louw en Linda Jansen de fiscale obstakels bij de bedrijfsopvolging van vastgoedvennootschappen uitgebreid toe. Zij hebben daarbij tevens gekeken naar de eventuele alternatieven voor een voorgenomen bedrijfsopvolging. Zij concluderen dat de huidige fiscale regelingen niet optimaal zijn en dat een voorgenomen bedrijfsopvolging vele haken en ogen kent. Wij raden u daarom aan om bij een voorgenomen bedrijfsopvolging goed te laten adviseren.

Bron: PwC

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Inkomstenbelasting, Belastingen van rechtsverkeer, Schenk- en erfbelasting

7

Gerelateerde artikelen