De NOB stelt een aantal kritische vragen over de, in het conceptwetsvoorstel Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen, voorgestelde mogelijkheid dat deelnemers tot 10% van hun opgebouwde pensioen ineens kunnen opnemen op de pensioeningangsdatum. Dit staat in de reactie van de Orde op het conceptwetsvoorstel dat ter internetconsultatie is aangeboden.
De Orde stelt onder meer de volgende zaken aan de orde over het ‘bedrag ineens’:
- Het kabinet lijkt een draai van 180 graden te maken ten opzichte van haar visie op afkoop van pensioen ten tijde van de parlementaire behandeling van de Wet waardeoverdracht klein pensioen. De Orde vraagt naar de overwegingen die ten grondslag hebben gelegen aan de wijziging van het standpunt van het kabinet omtrent afkoop van pensioenen.
- Wordt een stapeling van een opname ineens met een hoog-laag constructie alsnog toegestaan?
- Is het kabinet bereid om het wetsvoorstel dusdanig aan te passen, dat het pensioen dat ineens wordt opgenomen, niet meetelt voor de inkomenstoets van de inkomensafhankelijke toeslagen?
- Bij inwerkingtreding van het wetsvoorstel wordt een deel van het heffingsrecht over pensioen aan in buitenlands woonachtige deelnemers, naar Nederland gehaald.
Daarnaast stelt de Orde vragen over de introductie van een gedeeltelijke vrijstelling van de RVU-heffing en de mogelijkheid van fiscaal gefaciliteerd verlofsparen. Het fiscaal gefaciliteerd verlofsparen wordt verruimd tot 100 weken. Werkgevers moeten wel voldoende liquide middelen hebben om tot een uitbetaling over te gaan. Moet een werkgever een voorziening op de balans opnemen of kan de regeling voor verlofsparen elders worden ondergebracht?
Bron: NOB
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Loonbelasting