Nederlandse matrozen op de binnenvaart, zogenoemde Rijnvarenden, werkzaam bij rederijen uit onder andere Luxemburg, moeten per persoon soms wel tienduizenden euro’s sociale premies betalen aan de Belastingdienst. De rederijen hadden de premies afgedragen in het buitenland, terwijl dit in Nederland moest gebeuren of ze hadden helemaal geen premies afgedragen.

De Nederlandse Rijnvarenden voeren voor verschillende buitenlandse rederijen. Door veranderde wet- en regelgeving vanaf 2010 hadden de rederijen sociale premies af moeten dragen in het land waar de exploitant is gevestigd. Er werden constructies opgezet zodat de exploitant niet in Nederland was gevestigd. Nadat de Belastingdienst hier achter kwam, heeft zij geprobeerd de misgelopen sociale premies te verhalen op de rederijen. Toen dit niet lukte, is de Belastingdienst de misgelopen premies op de matrozen zelf gaan verhalen.

In sommige gevallen gaat het om de sociale premies over een aantal jaren en kunnen de verschuldigde bedragen enorm oplopen. Als de rederijen de sociale premies onterecht hebben afgedragen in een ander land kunnen de Rijnvarenden de premies proberen terug te krijgen van de rederijen. In veel gevallen zijn de betrokken rederijen inmiddels failliet verklaard en valt er voor de Rijnvarenden niets meer te verhalen. Zij moeten de sociale premies dus uit eigen middelen voldoen.

De Belastingdienst geeft aan de situatie erg vervelend te vinden en wijst op de mogelijkheden voor een betalingsregeling. De Sociale Verzekeringsbank, die de premieplicht beoordeelt, beschrijft de situatie als complex en geeft aan dat meer dan 200 Rijnvarenden een verzoek hebben gedaan om hun situatie te laten beoordelen.

Bron: Redactie TaxLive

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Premieheffing

3

Gerelateerde artikelen