Dat het Belastingplan 2014 een losse, strikt door budgettaire overwegingen gedreven verzameling maatregelen is, kan niet echt een verrassing genoemd worden. Maar dat neemt niet weg dat Leo Stevens, emeritus hoogleraar fiscale economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, zich eraan stoort. "Het gebrek aan visie is nijpend", zegt hij. "Hoe lossen we de pijnpunten op die er echt toe doen: het woningmarktdossier, het pensioendossier? Al die losse brokjes in het plan - schenkbelasting, stamrechtvrijstelling en dergelijke - vertroebelen het zicht op het grote geheel. Dit is geen plan dat ons echt vooruit helpt, ik zie geen inspirerende elementen, geen hervormingen."
Opgeblazen
Een ook voor het overige zeer kritische Stevens zegt dat het plan op hem "een schraperige indruk" maakt. "De stimulansen ontbreken. Het mkb - ik herhaal maar: de motor van onze economie - wordt er ook niet beter van. Zo worden investeringsfaciliteiten niet gemoderniseerd en worden er geen stappen gezet rond de winstbox. Contraproductieve antimisbruikregelingen blijven voortwoekeren. Moet de economische stimulans dan komen uit het verruimen van de schenkbelasting? Ik zie niet in hoe dat ons vooruit zal helpen. Dit soort details wordt nu sterk opgeblazen, maar ze raken niet de kern van de economische problematiek."
Henk Vording, hoogleraar Algemeen Belastingrecht aan de Universiteit Leiden, heeft ook om die reden het Belastingplan vrij snel naast zich neergelegd. "Het zijn ditjes en datjes. Geen grote dingen. In het buitenland zie je nu bijvoorbeeld voortgaande discussies over tariefverlaging in de vennootschapsbelasting en het beperken van de renteaftrek, maar zo ver zijn wij nog niet." Interessanter vond Vording de Miljoenennota en dan met name twee elementen: de huishoudenstoeslag en de winstbox, liever gezegd het ontbreken van de aangekondigde winstbox.
Taai
"De huishoudenstoeslag is taaie materie", stelt Vording. "Ik denk dat het onderschat wordt. De tekst hierover in het rapport van de commissie-Van Dijkhuizen vond ik wat naïef - alsof we niet al dertig jaar pogingen aan het ondernemen zijn tot vereenvoudiging. Het gaat hier om de onderkant van de samenleving, met veel groepen mensen die moeite kunnen hebben met het invullen van formulieren en dergelijke. Ik vrees dat velen van hen deze toeslag gaan mislopen en dat kan niet de bedoeling zijn."
De in het regeerakkoord aangekondigde winstbox heeft het niet gehaald in het Belastingplan. Niet tot verbazing van Vording, hij is er zelfs over te spreken. "Hier was vorig jaar ook al aarzeling over. Waarom een nieuwe box optuigen? Die haalt veel meer overhoop dat nodig is. Ondernemers hebben al een 'eigen' tarief: de mkb-winstvrijstelling. Die kun je eenvoudigweg verhogen of verlagen als je wilt variëren in de belastingdruk voor het mkb. In de Miljoenennota wordt de winstbox nu alleen tussen haakjes genoemd bij de verlaging van de zelfstandigenaftrek, maar ik neem aan dat ie nu verder geruisloos wordt afgevoerd."
Grondslagverbreding
Ook Stef van Weeghel, hoogleraar Internationaal Belastingrecht aan de Universiteit van Amsterdam en partner bij PwC, is opgevallen dat het Belastingplan 2014 voor ondernemers geen stimulansen bevat. Maar hij wijst erop dat er toch een algemene lijn te herkennen is in veel van de maatregelen: 'Ik zie dat de trend van grondslagverbreding wordt doorgezet. Het aftoppen van pensioenen, het verlagen van de zelfstandigenaftrek, het schrappen van de stamrechtvrijstelling: de grondslaguithollers worden langzaam maar zeker uit het systeem verwijderd. Dat vind ik een positief punt want dat moet, als het economisch weer beter gaat, kunnen resulteren in generieke tariefsverlagingen."
Neemt niet weg dat ook Van Weeghel op details zeer kritisch is. Met name de verhoging van de belastingrente voor de vpb naar minimaal 8 procent is hem een doorn in het oog. "Dat is een nogal ruwe maatregel. Rente is toch een vergoeding voor het gebruik van geld en die moet principieel gekoppeld zijn aan een marktrente, met een opslag als je geld schuldig bent en een afslag als je geld terugkrijgt. Maar 8 procent is disproportioneel. Dat komt neer op een buitengewoon zware last voor bedrijven die een geschil hebben met de inspecteur en na een aantal jaren alsnog moeten betalen. Niet fraai."
Bron: Redactie TaxLive