De Belastingdienst kan ruim € 300 miljoen niet voldane btw navorderen bij gemeenten die betaalde parkeerdiensten aanbieden op straat. Het is wachten op een conclusie en uitspraak van de Hoge Raad over de vraag of gemeenten btw-plichtig zijn voor het betaald parkeren. Het ministerie van Financiën zegt de rechtsgang af te wachten en zolang die duurt niet van plan te zijn een naheffing op te leggen aan gemeenten.

Dat schrijft het Financieele Dagblad. Aan het woord komen belastingadviseur Rudolf Kaarsemaker en hoogleraar belastingrecht in Groningen Bart van Zadelhoff. Zij hebben gezamenlijk procedures gevoerd bij Hof Arnhem-Leeuwarden en Rechtbank Gelderland. Het hof oordeelde in mei dit jaar dat gemeenten geen omzetbelasting in rekening hoeven te brengen over de parkeerbelasting. De rechtbank heeft begin deze maand geoordeeld dat de gemeente juist wel een btw-factuur moet uitreiken aan een ondernemer voor de opgelegde naheffingsaanslag parkeerbelasting. Volgens de rechtbank leidt de behandeling van de gemeente als niet-belastingplichtige namelijk tot concurrentieverstoring omdat particuliere parkeergarages wel btw-plichtig zijn.

Kaarsemaker vindt dat de Belastingdienst een naheffing moet opleggen aan de gemeenten die geen btw hebben afgedragen. Dat kan tot maximaal vijf jaar terug. De adviseur heeft uitgerekend dat de gemeenten over deze periode samen ruim € 300 mln verschuldigd zijn aan omzetbelasting. Van Zadelhoff acht een naheffing onwaarschijnlijk omdat de staatssecretaris van Financiën steeds heeft gezegd dat gemeenten geen btw hoeven te voldoen.

De conclusie van de Adocaat-Generaal in het cassatieberoep tegen de hofuitspraak wordt in het voorjaar 2017 verwacht.
 

Bron: Het Financieele Dagblad

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Omzetbelasting, Belastingen van lagere overheden

0

Gerelateerde artikelen