De twee rapporten met fiscale aanbevelingen die onlangs aan het kabinet zijn aangeboden spreken elkaar tegen. In het rapport van de commissie-Van Dijkhuizen, dat betrekking heeft op de herziening van de inkomstenbelasting, wordt een belastingverhoging voor de directeur-grootaandeelhouder (dga) voorgesteld. De op 2 juli jl. door de commissie- Hoek aan minister Kamp aangeboden ‘Verkenning mkb-financiering' stelt gerichte oplossingen voor om de financiering aan het midden- en kleinbedrijf te verbeteren. Hierin wordt onder meer een belastingverlaging voorgesteld voor het mkb. Wat moet het kabinet nu met deze tegenstrijdige aanbevelingen?

Volgens de commissie-Van Dijkhuizen zit de dga in twee werelden; hij is werknemer en hij heeft aandelenvermogen. Voorgesteld wordt om het fiscale loon van de dga te verhogen van 70% tot ten minste 90% van het gebruikelijke loon van vergelijkbare werknemers. Voor het aandelenvermogen van de dga wordt een forfaitair rendement voorgesteld, net als bij de belegger in box 3.

De commissie- Hoek stelt voor om een vermogensaftrek in te voeren voor bestaande bedrijven; een aftrek van de fiscale winst die berekend wordt over het eigen vermogen van de onderneming.

De keuze is eenvoudig. De dga zit niet in de wereld van de werknemer en in die van de belegger, zoals Van Dijkhuizen stelt. De dga zit in één wereld: die van de ondernemer. Een ondernemer die inkomstenbelasting betaalt, betaalt geen belasting over het forfaitair rendement, dus dit deel van het voorstel kan achterwege blijven. Een belastingverhoging voor de dga, zoals de commissie-Van Dijkhuizen verder voorstelt, zal de financierbaarheid van het mkb juist verslechteren. Op dit moment zou dat de verkeerde keuze zijn.

Informatiesoort: Column

Rubriek: Inkomstenbelasting

13

Gerelateerde artikelen