Koopkrachtcrisis, asielcrisis, energiecrisis, stikstofcrisis, wooncrisis, klimaatcrisis, Nederland kent problemen. Problemen die opgelost moeten worden. Maar die oplossingen kosten geld en iemand moet dat gelag betalen. Uit het Belastingplan 2023 blijkt dat de dga daarbij als grote pinautomaat voor de Staat fungeert.

Over ongelijkheid en herverdeling van inkomen en vermogens is al veel geschreven. Ieder vanuit zijn eigen beleving. Laat ik er naar aanleiding van Prinsjesdag 2022 ook maar eens een paar woorden aan vuil maken. Niet om aan te tonen dat een dga ‘zielig’ is, maar om aan te tonen dat de lastenverzwaring vooral bij één groep valt, de dga in het mkb.

Tarief vennootschapsbelasting

Aan de VPB-tarieven is de laatste jaren steeds weer gesleuteld. Enige lijn of structuur in de ontwikkeling van het VPB-tarief kan ik niet meer vinden. Argumenten die in 2018 werden gebruikt om de VPB te verlagen gelden anno 2023 kennelijk niet meer want de tarieven worden nu even zo vrolijk weer verhoogd. Bepaald niet handig voor ondernemers bij het maken van een meerjarenraming of liquiditeitsprognose, maar goed.

De lage VPB-schijf gaat in 2023 omhoog van 15 procent naar 19 procent. Daarnaast wordt die eerste schijf weer teruggebracht van € 395.000 naar € 200.000. Dat raakt de bv die in het mkb (en dan vooral in het kleinbedrijf) opereert het hardst.

Jaar

Laag tarief

Hoog tarief

Vanaf

t/m 2018

20,0%

25,0%

200.000

2019

19,0%

25,9%

200.000

2020

16,5%

25,9%

200.000

2021

15.0%

25,0%

245.000

2022

15,0%

25,8%

395.000

2023

19,0%

25,8%

200.000

 

Voorbeeld
Patinar B.V. maakt jaarlijks een winst van € 400.000. Daar waar deze bv in 2022 nog € 60.540 aan Vpb verschuldigd was, is dat vanaf 2023 € 89.600. Een verschil van € 29.060! Voor het grootbedrijf peanuts, maar voor een mkb’er als Patinar B.V. serieus geld.

Tarief aanmerkelijk belang (box 2)

Zodra die bv die winst als dividend uitkeert, wordt de dga geconfronteerd met box 2-heffing. Nu (2022 en 2023) is dat nog één vast tarief van 26,9 procent. Het box 2-tarief wordt vanaf 2024 gedifferentieerd: een tarief van 24,5 procent voor box 2-inkomen tot € 67.000 en 31 procent voor het meerdere.

Integraal tarief (Vpb en box 2)

Wat betekent dat voor het integrale tarief, de optelsom van Vpb en box 2-heffing? Over 2022 is het integrale tarief minimaal 37,865 procent en maximaal 45,760 procent:

Belastingheffing

Winst ≤ € 395k

Winst > € 395k

Winst bv

100,000%

100,000%

Vpb

-15,000%

-25,800%

Nettowinst

85,000%

74,200%

Ab-heffing (26,9%)

-22,865%

-19,960%

Netto dividend

62,135%

54,240%

Effectief tarief

37,865%

45,760%

 

Vanaf 2024 wordt die een stuk hoger, namelijk minimaal 38,845 procent en maximaal 48,802 procent:

Belastingheffing

Winst ≤ € 200.000

Winst > € 200.000

Ab-tarief

24,5%

31,0%

24,5%

31,0%

Winst bv

100,000%

100,000%

100,000%

100,000%

Vpb

-19,000%

-19,000%

-25,800%

-25,800%

Nettowinst

81,000%

81,000%

74,200%

74,200%

Ab-heffing

-19,845%

-25,110%

-18,179%

-23,002%

Netto dividend

61,155%

55,890%

56,021%

51,198%

Integraal tarief IB/Vpb

38,845%

44,110%

43,979%

48,802%

 

Ofwel, een dga in het mkb, met een lage bv-winst die ook in de laagste box 2-schijf valt, ziet zijn integraal tarief stijgen van 37,865 procent naar 38,845 procent.

En dan zit hier nog een addertje onder het gras. Vanaf 2025 gaat het verzamelinkomen bepalend zijn voor de algemene heffingskorting (AHK). Dus een dga met een laag loon die dividend uitkeert, krijgt ook nog eens 6,095 procent minder AHK. Dus bedraagt zijn effectieve box 2-heffing geen 24,5 procent, maar 30,595 procent. En dat lijkt wel heel veel op 31 procent... Kortom, de ‘kleine’ dga die naast een laag loon ook elk jaar wat dividend uitkeert, wordt hier niet vrolijk van. In zoverre is de gedachte dat dga’s met een laag loon dividend gaan uitkeren een utopie.

Loon van de dga

Daarnaast zal de dga vaak zijn loon uit zijn eigen bv moeten verhogen. Nu geldt de hoofdregel (overigens met veel uitzonderingen!) dat minimaal 75 procent van het loon van de werknemer met de meest vergelijkbare dienstbetrekking uitbetaald moet worden, met een minimum van normaal gesproken € 48.000. Dat wordt vanaf 2023 100 procent van dat loon. Dat is nog niet opgenomen in het Belastingplan 2023, maar komt later in een nota van wijziging.

Gaan veel dga’s hier last van krijgen? Ik denk het wel. Er is namelijk impliciet een verband tussen het dga-loon en de managementfee die een holding aan de werkmaatschappij in rekening brengt. Het betreft immers vaak een vergoeding voor dezelfde arbeid. Nu mag je rekening houden met een zakelijke winstopslag, maar laat die eens ongeveer 10 procent zijn.

Voorbeeld
Antionio Gómez, zelf ook een verwoed schaatsliefhebber, is de dga van Patinar B.V. Stel dat het loon van iemand met de meest vergelijkbare dienstbetrekking van Antonio € 80.000 bedraagt. Dan is de managementfee normaal gesproken grofweg € 80.000 x 100/90, ofwel zo’n € 89.000. Het dga-loon mag dan in 2022 nog 75 procent van € 80.000 zijn, ofwel € 60.000. Vanaf 2023 moet dat € 80.000 worden. Een loonsverhoging van € 20.000.

Veronderstellen dat het loon over 2023 gelijk mag blijven aan dat van 2022 zal dan lastig zijn. Daarmee stelt de dga in feite dat het loon van de meest vergelijkbare dienstbetrekking zijn huidig loon bedraagt. Maar dan ontstaat een discrepantie tussen de managementfee en het loon.

In het voorbeeld
Bij de zakelijk bepaalde managementfee van Antonio van € 89.000 past geen loon van € 60.000, de fee zou dan niet meer mogen bedragen dan 100/90e van € 60.000 ofwel ongeveer € 67.000. Ofwel, het wordt vanaf 2023 lastig uitleggen waarom bij een fee van € 89.000 een salaris van € 60.000 past.

En waar zit dan de fiscale pijn? Een loonsverhoging van een dga kost meer belastingheffing. Hoeveel meer, hangt af van zijn huidig loon en van de omvang van de salarisstijging. Alleen al rekening houdend met de box 1-tarieven (IB/PH), de algemene heffingskorting (AHK), arbeidskorting (AK) en inkomensafhankelijke bijdrage ZVW, bedragen de marginale tarieven:

 

Van

Tot

IB/PH

AHK

AK

ZVW

Effectief

0

19.467

36,930%

0,000%

-4,541%

5,500%

37,889%

19.467

22.660

36,930%

0,000%

-28,461%

5,500%

13,969%

22.660

32.541

36,930%

6,095%

-28,461%

5,500%

20,064%

32.541

37.626

36,930%

6,095%

-2,610%

5,500%

45,915%

37.626

59.706

36,930%

6,095%

6,510%

5,500%

55,035%

59.706

73.031

36,930%

6,095%

6,510%

0,000%

49,535%

73.031

115.230

49,500%

0,000%

6,510%

0,000%

56,010%

115.230

-

49,500%

0,000%

0,000%

0,000%

49,500%

 

Hierbij ben ik nog even uitgegaan van de inkomensafhankelijke bedrage en premiemaximum zoals die in 2022 gelden, omdat de premies van 2023 nog niet bekend zijn.

In het voorbeeld
Als het loon van Antonio als werknemer moet stijgen van € 60.000 naar € 80.000, kost hem dat voor een deel 49,535 procent en voor een deel 56,010 procent inkomstenbelasting. Terwijl de salarisverhoging aan Antonio als aandeelhouder van Patinar BV waarschijnlijk maar 38,845 procent bespaart. De salarisverhoging kost Antonio dus nog eens zo’n € 2800 extra belastingheffing…

Vergelijking met IB-ondernemers

Idealiter zou de rechtsvorm voor een mkb’er vanuit een fiscaal perspectief niet uit moeten maken. Een ondernemer die kiest voor een IB-onderneming zou niet veel meer of minder belasting moeten betalen dan iemand die kiest voor een bv als rechtsvorm. De rechtsvorm zou belastingneutraal moeten zijn. Nu zijn er altijd verschillen, omdat het fiscale regime voor een IB-ondernemer nu eenmaal anders is dan voor een dga met een eigen bv. Maar die verschillen horen niet groot te zijn.

Alleen wat zie je nu: de belastingtarieven voor een IB-ondernemer dalen, terwijl ze voor een dga juist stijgen. Rara politiepet. Zagen we dat bij een bv de minimale integrale heffing minimaal 38,845 procent bedraagt, bij een IB-ondernemer bedraagt de belastingheffing 31,76 procent tot 44,33 procent.

Want als de winst in de 1e box 1-schijf valt, bedraagt het effectieve belastingtarief 36,93 procent minus 14 procent mkb-winstvrijstelling over 36,93 procent, ofwel 31,76 procent. En als de winst in de 2e box 1-schijf valt 49,5 procent minus 14 procent mkb-winstvrijstelling over 36,93 procent, ofwel 44,33 procent.

En 31,76 procent is behoorlijk minder dan de minimale 38,845 procent waar een dga mee wordt geconfronteerd. Dit, abstraherend van andere fiscale voordelen die een IB-ondernemer geniet, zoals de ondernemersaftrek waaronder de zelfstandigenaftrek.

Zelfs voor een gewone werknemer met een loon dat in de eerste IB-schijf valt is het IB-tarief maar 36,93 procent...

Van een ‘globaal evenwicht’ tussen IB-ondernemer en dga kun je niet of nauwelijks nog spreken. Zie hier dat de dga meer bijdraagt aan het oplossen van de crisissen waar Nederland mee kampt dan bijvoorbeeld IB-ondernemers.

Andere maatregelen

Behalve bovenstaande belastingverzwaring van de dga met zijn eigen bv, wordt hij verder nog geconfronteerd met andere maatregelen die hem het fiscale leven zuur maken. Denk aan excessief lenen en het vervallen van de betalingskorting voor de voorlopige aanslag VPB, alleen kan daar iedereen het zijne van vinden.

Ook de IB-ondernemer wordt getroffen

En ik zal zeker niet ontkennen dat ook de IB-ondernemer zijn duit in het zakje doet om de crisismaatregelen te financieren, zoals door middel van:

  • de versnelde afbouw van de zelfstandigenaftrek van € 6310 in 2022 tot € 900 in 2027;
  • de afschaffing van de FOR in 2023;
  • de afschaffing van de middelingsregeling in 2023;
  • de verlaging van het aftrektarief voor onder andere de mkb-winstvrijstelling en zelfstandigenaftrek tegen de basisschijf van 36,93 procent;
  • enzovoort.

Maar toch hakken deze maatregelen er minder hard in dan de maatregelen die de dga en zijn eigen bv treffen.

Conclusie

De dga – die toch ook gewoon in het arbeidsproces in onze maatschappij participeert – wordt zwaar getroffen door de maatregelen die zijn aangekondigd in het Belastingplan 2023. Zwaarder dan de IB-ondernemer, zwaarder zelfs dan de normale werknemer en zeker zwaarder dan het grootbedrijf. Alsof een dga niets te maken heeft met een energiecrisis. En een dga ook geen last heeft van de koopkrachtcrisis.

Nogmaals, ook IB-ondernemers dragen bij aan de financiering van de oplossingen van de problemen van Nederland. Maar die maatregelingen staan in geen verhouding tot de mate waarin Van Rij bij de dga pint. De aanslag op de dga is zelfs zo groot, dat je welhaast kunt spreken van een plofkraak.

Informatiesoort: Column

Rubriek: Belastingrecht algemeen

Dossiers: Prinsjesdag 2022

Focus: Focus

Carrousel: Carrousel

1182

Gerelateerde artikelen