Afgelopen Prinsjesdag werd een nieuw voorstel bekend gemaakt om fiscaal gedreven immigratie van een directeur grootaandeelhouder (DGA) aan te pakken.

Bij emigratie wordt namelijk een conserverende aanslag opgelegd voor de aanwezige meerwaarde in deze aandelen. Op dit moment wordt deze aanslag onder voorwaarden na maximaal 10 jaar volledig kwijtgescholden en enkel geïnd als er tussentijds zogenoemde verboden handelingen worden verricht. Zoals in geval van de vervreemding van de aandelen of indien meer dan 90% van de winstreserves worden uitgekeerd. In het voorstel wordt de looptijd van de conserverende aanslag nu onbeperkt! Voorts wordt deze ingevorderd voor zover in binnenlandse gevallen sprake zou zijn van een belastbaar voordeel. Zo vindt (gedeeltelijke) invordering al plaats, bij bijvoorbeeld een dividenduitkering.

Onbeperkte looptijd in strijd met goede verdragstrouw

Deze wetswijziging leidt ertoe dat Nederland eenzijdig haar heffingsrecht uitbreidt, hetgeen in strijd is met de goede verdragtrouw. Onder meer in het belastingverdrag met België - een van de dichterbij gelegen emigratielanden – is de omvang van de heffingsbevoegdheid afhankelijk van het nog openstaan van de conserverende aanslag.

De betreffende verdragsbepaling ziet op gevallen waarin door de DGA rente ontvangen wordt van diens "eigen" Nederlandse vennootschap. In het verdrag is geregeld dat Nederland zolang de conserverende aanslag nog openstaat haar reguliere tarief tot 52% mag blijven heffen. Na het vervallen van de conserverende aanslag - nu dus nog gedurende maximaal 10 jaar - mag Nederland slechts tot 10% heffen.

Eerder oordeelde Nederlands hoogste rechtscollege de Hoge raad (HR) in de verhouding met België, dat de goede verdragstrouw zich er tegen verzet dat de werking van het belastingverdrag eenzijdig door Nederland wordt gewijzigd. (HR 5 september 2003, nr. 37 651, BNB 2003/379). Dit zag destijds op de eenzijdige invoering van de gebruikelijk loonregeling die een minimum in aanmerking te nemen belastbaar loon voor DGA's introduceerde. De HR oordeelde dat dit anders is, als beide landen dit hebben besproken, alsdan is geen sprake van strijd met de goede verdragstrouw. Hetgeen het geval was onder het latere huidige verdrag met België dat in 2003 in werking trad.

Ook in de verhouding met Zwitserland speelt vergelijkbare problematiek. In het verdrag uit 2010 is ten aanzien van de vervreemding van aandelen overeengekomen dat Nederland heffingsbevoegd blijft. zolang er nog een deel van de conserverende aanslag openstaat. Onder de nieuwe wet dan onbeperkt in tijd.

Gelet op het feit dat de emigratieheffing het enige punt is dat nog niet was uitgelekt op Prinsjesdag, zal dit (nog) niet met de verdragspartners zijn besproken.

Informatiesoort: Column

Rubriek: Inkomstenbelasting, Internationaal belastingrecht

Dossiers: Prinsjesdag 2015

74

Gerelateerde artikelen