Het demissionaire kabinet gaat de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) niet verruimen voor de verre nazaten met een verwaterd belang in een familiebedrijf. Dit blijkt uit de schriftelijke beantwoording van de vragen vanuit de Tweede Kamer over het Belastingplan 2026.

Een verruiming van de BOR – conform de wensen van de vorige Tweede Kamer – is volgens het kabinet strijdig met de regels omtrent staatssteun en het gelijkheidsbeginsel. Staatssecretaris Heijnen (Fiscaliteit) is daarom genoodzaakt om “de familietoets, de uitbreiding van de verwateringsregeling en de beperking van de BOR tot gewone aandelen met een belang van minimaal 5% van het geplaatste kapitaal niet in werking” te laten treden.

Tijdens de behandeling van het Belastingplan 2024, kort voor de Tweede Kamerverkiezingen van 2023, werd een amendement van Van Dijk (CDA) en Erkens (VVD) aangenomen waarmee de BOR op twee punten werd verruimd. Allereerst werd een verlaging van het lage percentage van de vrijstelling goingconcernwaarde in de BOR beperkt. Daarnaast werd de verwateringsregeling verruimd zodat ook familieleden met een indirect belang van minder dan 0,5% in een bedrijf ook gebruik kunnen maken van de doorschuifregeling aanmerkelijk belang en de BOR. De financiële dekking werd toen gevonden door de vrijstelling groene beleggingen in box 3 meer dan de helft te verlagen.

Politieke en inhoudelijke weerstand

Het amendement van Van Dijk (CDA) en Erkens (VVD) kreeg achteraf stevige maatschappelijke en politieke kritiek. Allereerst was het verwijt dat “een handjevol rijke families” een aanzienlijk fiscaal voordeel krijgen ten koste van particulieren met groene spaartegoeden en beleggingen. Daarnaast werd er benadrukt dat het voor het voortbestaan van een familiebedrijf niet nodig is om nazaten met een indirect belang kleiner dan 0,5% fiscaal te faciliteren. In dit licht hebben Idsinga (NSC), Stultiens (GL-PvdA) en Sneller (D66) in mei 2024 met een motie geprobeerd om de “ongewenste gevolgen” van het amendement terug te draaien. Deze motie werd niet aangenomen.

De toenmalig staatssecretaris Van Rij (Fiscaliteit) benadrukte zowel tijdens het debat als in mei 2024 in een Kamerbrief dat er drie bezwaren kleven aan de verruiming van de BOR zoals de Kamer had voorgesteld. Allereerst is een verruiming “specifiek voor (oude) familiebedrijven (…) vanuit staatssteunrechtelijk perspectief kwetsbaar”. Daarnaast staat het op gespannen voet met het gelijkheidsbeginsel, omdat er een ongelijke behandeling ontstaat ten opzichte van andere aandelenbelangen, zoals ook box 3. Ten slotte zouden de “handhaafbaarheid en de fraudebestendigheid van de BOR (en de DSR ab) ingrijpend verslechteren”. Ook zijn opvolger Heijnen ziet geen andere keuze dan de verruiming van de verwateringsregel ongedaan te maken.

Parlementair

Het is dus geenszins verrassend dat het demissionaire kabinet-Schoof niet voornemens is om de verwateringsregel in de BOR te verruimen. Dit betekent dat verre nazaten met een indirect belang van onder de 0,5% in een familiebedrijf geen gebruik kunnen maken van de BOR. Het zijn vooral de families Swinkels en Van Oord die daardoor worden geraakt en hier de komende tijd aandacht voor zullen vragen. Het is goed om te realiseren dat de keuze van het kabinet voor anderen juist positief uitpakt, omdat er ook niet meer getoetst wordt of de familieleden gezamenlijk ten minste 25% van de onderneming bezitten (de familietoets).

In aanloop naar de behandeling van het Belastingplan en de formatie van een nieuw kabinet zal er vanuit de familiebedrijven, ondanks het verschil in belangen rond de verwateringsregel, aandacht gevraagd worden voor het verruimen van de BOR. Als het aan het CDA, de VVD, ChristenUnie, BBB en SGP ligt dan wordt de BOR behouden en niet versoberd. Daar tegenover staan GroenLinks-PvdA en D66 die ‘oneerlijke belastingvoordelen’ zoals de BOR willen verminderen. Richting de formatie putten de familiebedrijven vooral hoop uit de sleutelpositie die het CDA, op basis van de huidige peilingen, daarin zal spelen. Het is de verwachting dat een kabinet met het CDA niet aan de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten zal tornen.

Informatiesoort: Parlementair

Rubriek: Schenk- en erfbelasting

23

Gerelateerde artikelen