Op dinsdag 6 juli 2021 is nummer 29 van Vakstudie Nieuws verschenen. In deze aflevering zijn de volgende belangrijke zaken opgenomen:
- Nota naar aanleiding van nader verslag en nota van wijziging bij wetsvoorstel Wet excessief lenen bij eigen vennootschap ingediend
De Staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het nader verslag (punt 5) en de nota van wijziging (punt 6) bij het wetsvoorstel Wet excessief lenen bij eigen vennootschap naar de Tweede Kamer gestuurd. Het wetsvoorstel wordt op enkele punten gewijzigd. - Hoge Raad beantwoordt prejudiciële vragen over behandeling massaal bezwaar box 3-heffing
De Hoge Raad oordeelt dat de belastingrechter bij een massaalbezwaarprocedure in (hoger) beroep oordeelt over de uitspraak, maar niet beslist over de rechtsvraag. (punt 8) - Hoge Raad geeft stappenplan voor individuele en buitensporige last in box 3
De Hoge Raad oordeelt dat het hof ten onrechte niet heeft onderzocht of X door de box 3-heffing inteert op haar vermogen. Dit kan namelijk een aanwijzing zijn voor het feit dat zij door die heffing wordt geconfronteerd met een buitensporige last. (punt 9) - Wetsvoorstel intrekking baangerelateerde investeringskorting ingediend bij Tweede Kamer
Omdat de Europese Commissie geen garantie kon geven dat de baangerelateerde investeringskorting (BIK) geoorloofde staatssteun betreft, is er onzekerheid ontstaan voor ondernemers. Deze onzekerheid kan niet op korte termijn worden weggenomen. Daarom vindt het kabinet het verstandig voor te stellen om de BIK in te trekken met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2021. Het wetsvoorstel hiertoe is nu ingediend bij de Tweede Kamer. (punt 11) - Duitse verliezen binnen Noorse groep niet in Nederland verrekenbaar
De Hoge Raad oordeelt dat Nederland de door X bv verzochte grensoverschrijdende verliesverrekening kan weigeren. Omdat A GmbH haar onderneming heeft voortgezet, wordt het Europese recht hiermee niet geschonden. (punt 13) - Vaststelling schending administratieplicht kan niet worden gebaseerd op bewijsvermoedens
De Hoge Raad oordeelt dat X bv voor het hof de constateringen van de inspecteur voor de maand december 2012 heeft bestreden. Nu het hof daar niet op is ingegaan, is het oordeel onvoldoende gemotiveerd. (punt 15) - Inspecteur hoeft bij informatieverzoek informatie niet op voorhand prijs te geven
De Hoge Raad oordeelt dat de vraag aan X over welke bankrekeningen zij bezit een voldoende nauwkeurige omschrijving is van hetgeen van haar wordt verwacht. De inspecteur hoeft niet te melden over welke gegevens hij al beschikt. (punt 16)
Producten: Inhoudsopgave V-N
2