Op donderdag 17 augustus verschijnt nummer 7203. In deze aflevering zijn de volgende bijdragen opgenomen:

Prof. mr. dr. R.H.C. Luja - Het wetsvoorstel Terugvordering staatssteun: het wordt navorderen en naheffen

De voorgestelde wet Terugvordering staatssteun reikt o.a. een fiscaal kader aan om terugvordering van belastingvoordelen mogelijk te maken. In deze bijdrage wordt ingegaan op de verschillen tussen dit voorstel en een voorstel dat in 2016 ter consultatie is gepubliceerd. Belangrijkste aandachtspunten zijn de uitbreiding van de reikwijdte, de rol van de fiscale rechter bij verhaal op derden, de formele rechtskracht van ‘terugvorderings' aanslagen, en de kwijtschelding van (fiscale) schulden bij faillissement. Verder wordt kort ingegaan op correcties en verrekenaanspraken in het buitenland.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Dr. mr. J.M. van der Heijden RA - Geen inhaal bij voorziening groot onderhoud

Geldstromen vormen in de regel geen aanknopingspunt voor de fiscale winstbepaling: het gaat binnen goed koopmansgebruik om de toerekening van opbrengsten en kosten. Toch bieden verwachte substantiële uitschieters in geplande onderhoudsuitgaven (pieken) een ondernemer de keuze zijn kosten op een andere wijze aan de jaren toe te rekenen door de vorming van een (kosten)egalisatiereserve. Hierbij geldt een inhaalverbod. Sinds het Baksteenarrest kan ook een onderhoudsvoorziening worden gevormd voor toekomstige onderhoudsuitgaven. Het is de vraag of ook voor een onderhoudsvoorziening een inhaalverbod behoort te gelden. In algemene zin heeft de staatssecretaris van Financiën deze vraag ontkennend beantwoord. Is dit verschil te rechtvaardigen? Aan de hand van de jurisprudentie over de egalisatiereserve, voorziening en de foutenleer onderzoekt Jurriën van der Heijden in dit artikel de probleemstelling of inhaaldotaties bij een onderhoudsvoorziening binnen goed koopmansgebruik passen. De reikwijdte van de standpuntbepaling van de staatssecretaris wordt daarbij vanzelfsprekend meegenomen.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mr. G.C. van der Burgt - Splitsingen, juridische fusies, aandelenfusies, bedrijfsfusies en compartimenteringsreserves

De wetgever heeft compartimentering in de deelnemingsvrijstelling gecodificeerd in de Wet VPB 1969. In deze bijdrage onderzoekt de auteur de samenloop van splitsingen, juridische fusies, aandelenfusies, bedrijfsfusies en art. 28c Wet VPB 1969. De doelstellingen van dit artikel zijn: (i) het verschaffen van (meer) inzicht in de wijze waarop deze wisselwerking is vormgegeven, (ii) het signaleren van onduidelijkheden en knelpunten en (iii) het beoordelen van de door de wetgever gemaakte keuzes. Het toetsingskader houdt in dat oplossingen moeten passen in de compartimenteringsgedachte die aan art. 28c Wet VPB 1969 ten grondslag ligt, gecombineerd met het uitgangspunt dat de genoemde reorganisatietransacties niet fiscaal belemmerd moeten worden, mits belastingclaims gewaarborgd zijn en oneigenlijk gebruik niet aan de orde is. De auteur komt tot de conclusie dat de wetgever hierin slechts deels is geslaagd en hij formuleert daarom diverse concrete aanpassingsvoorstellen.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mevr. mr. M. Witteveen - Volgorde van aansprakelijkstelling: heeft de ontvanger de vrije keuze?

Als een bedrijf haar loon- en/of omzetbelastingschulden niet kan betalen, zijn er, afhankelijk van de situatie, diverse personen die de Belastingdienst voor deze schulden aansprakelijk kan stellen. Soms overlappen de aansprakelijkheidsregels elkaar en kan de Belastingdienst meerdere personen tegelijkertijd voor een en dezelfde schuld aansprakelijk stellen. Heeft de Belastingdienst dan de vrije keuze?
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Binnenkort in het Weekblad

De aanbevelingen van de ambtelijke werkgroep Wet DBA

Op verzoek van de Staatssecretaris van Financiën is een ambtelijke werkgroep aan de slag gegaan met de herijking van de begrippen ‘gezag' en ‘vrije vervanging'. De werkgroep heeft haar taakopdracht zodanig omschreven dat er geen arbeidsrechtelijke herijking van genoemde begrippen plaatsvindt. De werkgroep komt met tien mogelijkheden welke slechts op grote lijnen zijn uitgewerkt. In deze bijdrage gaat J.H.P.M. Raaijmakers RB nader in op die tien varianten en zal ze van enige kanttekeningen voorzien. Conclusie is dat de tien varianten geen echte oplossing bieden. Wil er een echte oplossing komen die voor een langere periode toepasbaar is en blijft dan zal een herijking van het arbeidsrecht, van de fictieve dienstbetrekkingen tezamen met een oordeel over het IBO rapport over zzp'ers noodzakelijk zijn. Daarbij geldt dan tevens dat er de noodzakelijke tijd uitgetrokken moet worden voor de herijking en voor de eventuele aanpassingen van de wet- en regelgeving.
 

 

Aflevering: 7203 (17 augustus 2017)

WFR: Weekblad previews

Producten: WFR-signaleringen

0