Op donderdag 4 januari verschijnt nummer 7220. In deze aflevering zijn de volgende bijdragen opgenomen:

Mr. dr. J.J.M. Jansen – Voorwoord
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Prof. dr. P.H.J. Essers - Amoreel of immoreel?
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mr. dr. J. Vleggeert en prof. dr. H. Vording - Naar een bronbelasting op rente en royalty's: een stap verder dan het regeerakkoord

De auteurs stellen voor om een bronbelasting in te voeren van 15% op rente en royalty's die worden betaald aan verbonden vennootschappen. Verder willen zij de rente- en royaltyrichtlijn en de belastingverdragen zo aanpassen dat de daarin opgenomen vrijstellingen en tariefreducties van bronheffingen op rente en royalty's niet gelden als de uiteindelijk gerechtigde daarover onvoldoende wordt belast. Daarvan is sprake als het effectieve tarief over de rente en de royalty's lager is dan 15%. De auteurs stellen dat dit voorstel geschikt is om Base Erosion and Profit Shifting tegen te gaan. Bovendien heeft dit voorstel de potentie om een einde te maken aan de race to the bottom op het vlak van de winstbelastingtarieven.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mr. G.J. van Slooten - Een "inlichting" is pas een "inlichting" als deze bindend is

Het douanerecht wordt beheerst door de Unierechtelijke ongeschreven algemene rechtsbeginselen. Bovendien voorziet de figuur van de bindende inlichting in rechtszekerheid op het gebied van tariefindeling (BTI) of van oorsprong (BOI). Hierdoor rijst de vraag hoe zo'n inlichting zich verhoudt tot informatie die op ander wijze wordt verkregen. Kan een marktdeelnemer daarop vertrouwen? De Hoge Raad wees op 30 juni 2017 een arrest dat van belang is voor het beantwoorden van deze vraag. Het is mogelijk ook van belang voor andere, op Unierechtelijke grondslag geheven belastingen, zoals omzetbelasting en accijns.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mr. dr. W.R. Kooiman - Het herroepingsrecht als aanmerkelijk belang

In reactie op een bijdrage van mr. J.B. Vegter (WFR 2017/179) betoogt de auteur dat degene die een schenking doet onder de voorwaarde de schenking te allen tijde te mogen herroepen aanmerkelijkbelanghouder blijft voor het voorbehouden herroepingsrecht. Vanwege de waarde die aan dit recht kan worden toegekend, is het belang dat door de herroepelijke schenking overgaat beperkt. Pas door overlijden van de schenker verschuift de economische gerechtigdheid definitief naar de begiftigde. Met naschrift van mr. J.B. Vegter.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mevr. mr. A.P. Monsma en mevr. mr. M. Tydeman Yousef - Belastingfaciliteiten voor de creatieve industrie

Verslag van het seminar ‘Fiscale autonomie en haar grenzen' van de Erasmus School of Law, gehouden op 12 oktober 2017, te Rotterdam.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Rubriek Parlementair
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Binnenkort in het Weekblad

Naar een ver(der)strekkende toepassing van wetsinterpreterende beleidsregels door de belastingrechter? Een rechtsvergelijkend perspectief

Nieuwe (fiscale) wetgeving roept onvermijdelijk nieuwe rechtsvragen op. De wetgevende en rechtsprekende macht kunnen slechts op tot zekere hoogte (sneller) rechtszekerheid bieden. Bijvoorbeeld door de kwaliteit van het wetgevingsproces te verhogen en de rechtsgang te versnellen. In dit artikel wordt bezien in hoeverre wetsinterpreterende beleidsregels op bredere schaal versneld duidelijkheid en rechtszekerheid kunnen verschaffen. Na een beschouwing van de Nederlandse praktijk trekken dr. mr. C. Maas en mr. M.B. Weijers een vergelijking met de wijze waarop Amerikaanse rechters omgaan met wetsinterpretaties in regulations van de uitvoerende macht en bespreken zij in hoeverre een dergelijke benadering in het Nederlandse fiscale rechtssysteem zou passen.

Digitaal procederen in het belastingrecht: gevolgen voor de fiscale procespraktijk

Als gevolg van de KEI-wetgeving wordt digitaal procederen in het belastingrecht straks verplicht. In deze bijdrage bespreken mevr. mr. drs. T.A. Cramwinckel en mr. R.A. de Boer de wijzigingen die de nieuwe regels meebrengen voor de fiscale procespraktijk. Hoewel de fiscale procedure niet fundamenteel wijzigt, heeft een en ander wel belangrijke gevolgen voor de wijze waarop de fiscale procedure in de praktijk zal verlopen. Zo rijzen vragen als: hoe kunnen stukken worden ingediend? Wat als de digitale systemen net voor het einde van de termijn haperen? Wat betekent digitalisering voor de zitting? Ter illustratie komen ook enkele voorbeelden van de eerste KEI-rechtspraak uit andere rechtsgebieden aan de orde. Digitaal procederen bij de belastingrechter biedt voor professionele procesvertegenwoordigers voordelen, maar er zijn ook aandachtspunten − van praktische en meer principiële aard.
 

Aflevering: 7220 (4 januari 2018)

WFR: Weekblad previews

Producten: WFR-signaleringen

0