Op donderdag 26 september verschijnt nummer 7303. In deze aflevering zijn de volgende bijdragen opgenomen:

De redactie - Voorwoord
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Prof. dr. P.H.J. Essers - Grondslagen van de vennootschapsbelasting in relatie met de ­inkomstenbelasting

In deze bijdrage wordt nader ingegaan op de grondslagen van de vennootschapsbelasting in relatie met de inkomstenbelasting. De complementaire functie van de vennootschapsbelasting ten opzichte van de inkomstenbelasting valt daarbij het meeste op. Maar ook op andere terreinen is er sprake van een principiële relatie tussen de vennootschapsbelasting en de inkomstenbelasting, bijvoorbeeld bij de behandeling van stichtingen en verenigingen, bij de toepassing van het totaalwinst-/at arm’s length beginsel alsmede bij het beleggingsbegrip voor fiscale beleggingsinstellingen.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Prof. dr. A.J.A. Stevens en prof. dr. S.A. Stevens - De subjectieve en objectieve vennootschapsbelastingplicht

De auteurs geven in deze bijdrage een kritische analyse van de huidige regeling van de subjectieve en objectieve vennootschapsbelastingplicht vanuit de historie en de doelstelling(en) van de desbetreffende regeling(en) met als doel om te komen tot aanbevelingen c.q. voorspellingen voor de toekomst. Op een aantal punten verdient het aan­beveling om de regeling(en) bij te stellen c.q. uit te breiden.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Prof. dr. mr. E.J.W. Heithuis - 50 jaar VPB – Uitgangspunten voor een nieuwe groepsregeling

De huidige fiscale eenheid ligt Europeesrechtelijk onder vuur, reden waarom het Ministerie van Financiën thans nadenkt over een nieuw groepsregime. De auteur schetst enkele uitgangspunten hoe zo’n nieuw groepsregime naar zijn mening eruit zou kunnen zien.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Mr. dr. J. Vleggeert - Suggesties voor grondslagverbreding van de vennootschapsbelasting

In deze bijdrage suggereert de auteur de commissie belastingheffing van multinationals om binnen de grenzen van art. 67 AWR de grootst mogelijke openheid te betrachten over de Nederlandse vennootschapsbelastingpositie van de aan de AEX of desnoods aan de AEX en de Midkap genoteerde bedrijven. Verder stelt hij voor om de CFC-maatregel die is opgenomen in art. 13ab Wet VPB 1969 zo aan te passen dat passief inkomen uit mobiele activiteiten, zoals rente en royalty’s, die worden genoten door gecontroleerde lichamen altijd bij de Nederlandse aandeelhouder in de heffing kan worden betrokken.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

T.J. Hofman - De toekomst van de vennootschapsbelasting: lessen uit 50 jaar Wet VPB 1969

Verslag van het symposium 50 jaar vennootschapsbelasting, gehouden op 27 juni 2019 op de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Rubriek Parlementair
Direct door naar het volledige artikel in Navigator

Binnenkort in het Weekblad

Het anoniementarief in de loonheffingen

Een casus die laat zien welke rigoureuze gevolgen het niet voldoen aan de administratieve verplichtingen voor de loonheffingen kan hebben. Th.J.M. van Schendel bespreekt het oordeel van de rechtbank en naar zijn mening zijn de rechtbank en de belanghebbende iets vergeten. Er is geen hoger beroep ingesteld. Een beleidswijziging bij de Belastingdienst vergroot het werkgeversrisico. De auteur brengt de mogelijkheden in kaart om naheffingen met toepassing van het anoniementarief te voorkomen.

De nieuwe EBITDAregel: sommige vermogensverstrekkingen zijn meer gelijk dan andere

Prof. dr. R.P.C.W.M. Brandsma en mr. K. Dubbeld gaan in op de sinds 1 januari 2019 in de Nederlandse wetgeving opgenomen ebitda-renteaftrekbeperking die voortspruit uit ATAD. Na de achtergrond en de hoofdlijnen van de wetsbepaling uiteen te hebben gezet, besteden zij aandacht aan de keuze die de Nederlandse wetgever heeft gemaakt om de richtlijnbepaling zo strikt mogelijk te implementeren. Ook wordt het gehanteerde rentebegrip aan een analyse onderworpen en wordt bezien wat de mogelijke ebitda-impact van IFRS 16 is bij leasing. De auteurs roepen de wetgever op om te onderzoeken of Nederland met zijn strikte implementatie niet te zeer uit de Europese pas loopt en om te bezien of een verdere uitruil tussen de andere nog bestaande renteaftrekbeperkingen en de earnings-strippingsmaatregel mogelijk is.

Producten: WFR-signaleringen

5