Op donderdag 12 december verschijnt nummer 7314. In deze aflevering zijn de volgende bijdragen opgenomen:
Mr. dr. S.M.H. Dusarduijn RB - “Lees maar, er staat niet wat er staat”
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Prof. dr. S.J.C. Hemels - Gezin of individu: een Gordiaanse knoop in de IB – Deel 2: Overige criteria
In het eerste deel van dit tweeluik bleek dat op grond van de welvaartstheorie een individuele belasting de voorkeur heeft boven een gezinsbelasting. In dit tweede deel bespreekt de auteur andere criteria die kunnen worden gebruikt bij de afweging tussen een gezinsbelasting en een individuele belasting, dit betreft zowel culturele, juridische als economische argumenten.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Prof. mr. F.A. Engelen, prof. dr. J. Vleggeert en mr. T.M. Vergouwen - Belastingverdragen en voorrang van richtlijnen op het gebied van directe belastingen
Sinds 2016 kunnen richtlijnen op het gebied van de directe belastingen lidstaten verplichten inkomen in de heffing te betrekken. Deze verplichting tot heffen kan conflicteren met verplichtingen tot niet heffen onder belastingverdragen. De vraag die in dat geval opkomt is aan welke verplichting Nederland voorrang dient te geven: de Unierechtelijke verplichting tot heffen of de (bilaterale) verdragsverplichting tot niet heffen.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Mr. R.D. Dirks en mr. H. Mezouar - Een voorstel voor een herziening van de fiscale eenheid btw
In deze bijdrage doen de auteurs een voorstel voor een herziening van de fiscale eenheid btw naar aanleiding van de arresten van 5 juli 2019 inzake de fiscale eenheid btw. Het voorstel spitst zich toe op een aantal elementen van de fiscale eenheid btw: (1) de verwevenheidsvereisten, (2) het laten vervallen van het vereiste van ondernemerschap en (3) de verplichte beschikking.
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Rubriek Parlementair
Direct door naar het volledige artikel in Navigator
Binnenkort in het Weekblad
NOB/LOF-scriptieprijs: Verplichte en bindende arbitrage in het MLI
De masterscriptie van mr. R.K. Bane heeft tijdens het jaarlijkse congres van het Landelijk Overleg Fiscalisten (LOF) de NOB/LOF-scriptieprijs gewonnen. Uit het onderzoek van de auteur komt naar voren dat de arbitrageregeling opgenomen in Deel VI van het Multilateraal Instrument veel potentie heeft om de, thans nog niet goed beschermde, rechtspositie van belastingplichtigen in het internationale belastingrecht te verbeteren. Deze potentie laat zich volgens de auteur echter slechts verzilveren als de rechtspositie van belastingplichtigen nader zou worden uitgewerkt.
De auteur komt tot de conclusie dat deze potentie kan worden verzilverd door de positie van belastingplichtigen in de in onderling overleg vastgestelde procedureregels te verankeren. Aan de hand van de invulling van de beginselen van een behoorlijk proces, zoals dat voortvloeit uit artikel 6 EVRM (en subsidiair artikel 14 IVBPR ) stelt de auteur voor om regels op te nemen inzake de toegang tot de procedure, het recht op een eerlijke behandeling, de openbaarheid van de procedure, het binnen een redelijke termijn beslechten van het geschil en de onafhankelijkheid en de onpartijdigheid van de arbiters.
Belastingrecht: te moeilijk voor niet-fiscalisten?
Belastingen trekken aandacht. Terecht, want het gaat om een zaak van groot financieel, maatschappelijk en moreel belang. Natuurlijk zijn pers, politiek en publiek daarin geïnteresseerd. Voor fiscalisten is die brede belangstelling echter geen onverdeeld genoegen: het niveau van de publieke fiscale discussie baart steeds meer zorgen. Nieuwswaarde wint het maar al te vaak van feiten, politiek belang van inhoud. Een eenmaal ontstaan misverstand blijkt vrijwel niet te herstellen en heeft veelal grote gevolgen.
In deze bijdrage bespreekt mr. drs. R. Hein de oorzaken en gevolgen van misverstanden in het publieke fiscale debat. Dat gebeurt aan de hand van enkele sprekende voorbeelden uit de Nederlandse en internationale fiscale praktijk. De beweegredenen van pers, politiek en belangengroeperingen spelen in die analyse een vooraanstaande rol. Maar er komt nog een andere interessante vraag op: ligt een deel van de oorzaak – én van de oplossing – ook niet bij de fiscale beroepsgroep zelf?
Producten: WFR-signaleringen