• Prof. mr. G.T.K. Meussen - Belastingplan 2023: twee onzinnige en onrechtvaardige voorgestelde wetswijzigingen
• Prof. dr. A.J. van Doesum, prof. dr. S.B. Cornielje en prof. dr. H.W.M. van Kesteren - De verhouding tussen de civiel-juridische overeenkomst en de ­rechtsbetrekking in de btw
  Het begrip rechtsbetrekking speelt een belangrijke rol in de btw. De rechtsbetrekking is immers een noodzakelijke voorwaarde voor het bestaan van een belastbare levering van een goed of dienstverrichting. Bovendien geldt dat slechts de ontvanger (afnemer) van een prestatie een recht op aftrek van voorbelasting kan bezitten. Degene met wie een prestatieverrichter een rechtsbetrekking is aangegaan wordt in de regel ook als ontvanger van de prestatie aangemerkt. Het is even verleidelijk als voor de hand liggend om de tussen twee of meer partijen gesloten overeenkomst bepalend te achten voor het bestaan en inhoud van de voor de heffing van btw relevante rechtsbetrekking. Toch blijkt de rechtsbetrekking in de btw niet steeds (volledig) afgedekt te kunnen worden door hetgeen contractspartijen met elkaar zijn overeengekomen. In deze bijdrage bespreken de auteurs de divergentie van de begrippen ‘rechtsbetrekking’ in de btw en ‘overeenkomst’ in verbintenisrechtelijke zin. De auteurs laten zien dat in veel gevallen grote overlap tussen de begrippen bestaat maar dat dit lang niet in alle gevallen zo is. Waar meer dan twee partijen betrokken zijn wordt voor de btw zelfs regelmatig een rechtsbetrekking gevonden die in feite in het geheel niet door een overeenkomst wordt afgedekt. Dit verschijnsel kan op gespannen voet komen met de rechtszekerheid.
• Mr. A.J.C. Perdaems en mr. A.H.G.M. Blomen - Recht op privacy van de belastingplichtige: een lege huls!
  Het recht op privacy is een groot goed. Bij informatieverzoeken van de Belastingdienst wordt hier al snel inbreuk op gemaakt onder het mom van de belastingheffing. Maar waar ligt de grens tussen het belang voor de belastingheffing en een schending van het recht van privacy van de belastingplichtige in een steeds meer digitaliserende maatschappij? Volgens de Europese rechtspraak dient een inbreuk op het recht op privacy te zijn gebaseerd op een voldoende precieze wettelijke grondslag en te zijn voorzien van waarborgen. Ook dient het verzoek evenredig te zijn. Volgens de auteurs ontbreekt een voldoende precieze grondslag en zijn niet voldoende waarborgen aanwezig. Het is aan de rechter om daar kritischer aan te toetsen en ook om de evenredigheidstoets intensiever uit te voeren.
• Rubriek Parlementair

Binnenkort in het Weekblad

Rechtsherstel bij grondrechtschendingen: nodeloos terughoudend en bron van rechtsonzekerheid! Een pleidooi voor individueel rechtsherstel

De afgelopen jaren heeft de Hoge Raad vaker dan in de voorafgaande jaren geoordeeld dat wetgeving in strijd is met het EVRM. Daardoor is een fundamenteel onderzoek naar de manier waarop de rechter bepaalt of na zo’n schending rechtsherstel moet worden
geboden weer actueel. Sinds het arbeidskostenforfait-arrest uit 1999 vormt dat arrest het kader voor de rechter bij de zoektocht naar rechtsherstel. In dit artikel bespreekt drs. V.L. Meijerman dat kader binnen de bredere context van wetsinterpretatie en toetsing aan het EVRM. Hij betoogt dat het arbeidskostenforfaitkader burgers effectieve rechtsbescherming onthoudt en willekeur in de hand werkt. De oorzaak van die gebreken is dat het arbeidskostenforfait-arrest rechters dwingt om te zoeken naar rechtsherstel op regelniveau, waardoor de rechter al vrij snel in het vaarwater van de wetgever komt. De auteur ziet een oplossing voor de tekortkomingen van het arbeidskostenforfait-arrest in het zoeken naar individueel rechtsherstel en doet een voorzet.

BEPS bezien door verschillende stakeholders

Verslag van de uitreiking van de dissertatieprijs 2020-2021 en de debatmiddag van de Vereniging voor Belastingwetenschap over het thema visies op BEPS van verschillende stakeholders, gehouden op 13 juni 2022 in Rotterdam.