A houdt de aandelen in belanghebbende (X bv). In het kader van de overdracht van de onderneming aan zijn zoon (C), draagt A de aandelen in belanghebbende op 12 december 2003 over aan B bv. De aandelen B bv worden gehouden door C. Op dezelfde dag draagt belanghebbende het bedrijfspand over aan B bv. Belanghebbende en B bv gingen er hierbij vanuit dat er tussen hen een fe voor de VPB bestond. Door een omissie van belanghebbendes adviseur was de fe echter niet tot stand gekomen. Op 15 september 2004 is daarom een akte van rectificatie opgesteld. De akte is op 16 september 2004 ingeschreven bij het Kadaster, maar heeft niet geleid tot een wijziging in de inschrijving van de akte van levering uit december 2003. De inspecteur volgt de akte van rectificatie niet en belast de winst die bij de overdracht is behaald. Rechtbank Breda is het met de inspecteur eens. Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het steeds de bedoeling van belanghebbende en B bv is geweest om het bedrijfspand binnen de fe over te dragen. Het hof oordeelt vervolgens dat B bv op 12 december 2003 alleen maar de juridische eigendom van het bedrijfspand heeft verkregen en dat de economische eigendom pas op 2 januari 2004 – het moment waarop de fe tot stand is gekomen – is overgegaan. Belanghebbende heeft volgens het hof bij de overdracht van de juridische eigendom geen winst gerealiseerd. Het gelijk is aan belanghebbende. De Hoge Raad beslist dat het oordeel van het hof, dat het volledige risico inzake waardeverandering en tenietgaan van het pand gedurende de periode 12 december 2003 tot 2 januari 2004 bij belanghebbende is gebleven, zonder nadere motivering onbegrijpelijk is. De Hoge Raad wijst er hierbij op dat in de akte van levering was opgenomen dat de koopprijs tussen verkoper en koper is verrekend, dat de feitelijke levering van het pand op 12 december 2003 plaats heeft gevonden en dat vanaf die datum de baten aan de koper ten goede komen en de lasten voor zijn rekening zijn. Verder acht de Hoge Raad van belang dat in de akte van rectificatie niet is opgenomen dat de verrekening van de koopprijs ongedaan is gemaakt en dat de baten en lasten ten gedoe dan wel ten laste van belanghebbende waren gebleven. De Hoge Raad verwijst de zaak naar Hof Arnhem.
Gerelateerde artikelen
Oplossen knelpunten bij FGR eist nader onderzoek
Uit het onderzoek over knelpunten aangaande het fonds voor gemene rekening (FGR), zijn volgens staatssecretaris Van Oostenbruggen van Financiën drie knelpunten naar voren gekomen. Voor een van deze knelpunten geldt dat de staatssecretaris geen mogelijkheden ziet om dit op korte termijn op te lossen.
Verzuimboete vennootschapsbelasting blijft ondanks adreswijziging gehandhaafd
Hof Amsterdam oordeelt dat de verzuimboete terecht is opgelegd. De herinnering en aanmaning zijn naar het juiste adres gestuurd en rechtsgeldig bekendgemaakt. X BV had de adreswijziging afzonderlijk aan de Belastingdienst moeten doorgeven, er kan niet worden volstaan met een adreswijziging aan de Kamer van Koophandel.
Hof heeft rente op aandeelhouderslening volgens A-G incorrect bepaald
Advocaat-generaal Wattel concludeert dat de wijze waarop het hof het rentepercentage op de aandeelhouderslening heeft vastgesteld niet correct is. Er is namelijk een betere arm’s length correctiemogelijkheid voorhanden.
Hof heeft rente op aandeelhouderslening volgens A-G incorrect bepaald
Advocaat-generaal Wattel concludeert dat de wijze waarop het hof het rentepercentage op de aandeelhouderslening heeft vastgesteld niet correct is. Er is namelijk een betere arm’s length correctiemogelijkheid voorhanden.
Foutenleer ook mogelijk bij belasting- en objectvrijstelling voor buitenlandse ondernemingswinsten
De Hoge Raad oordeelt dat de inspecteur de foutenleer terecht heeft toegepast. De Hoge Raad overweegt daarbij dat de HIR niet de v.i. betreft. Bij de winstberekening van de v.i. vindt afschrijving dan plaats op de aanschaffingsprijs van het bedrijfsmiddel, dus vóór afboeking van de HIR.
Rente van 10% op aandeelhouderslening is onzakelijk hoog
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat een rente van 10%, die X BV met haar aandeelhouders is overeengekomen, onzakelijk hoog is. X BV had ‘senior financiering’ kunnen verkrijgen voor de investering in het pand tegen een aanzienlijk lagere rente dan de 10% die is overeengekomen.
Te vroeg opleggen aanslag volgens A-G geen reden om aanslag te vernietigen
Advocaat-generaal Wattel concludeert dat het ambtshalve opleggen van een definitieve aanslag, voordat de aangiftetermijn is verstreken, niet tot vernietiging van de aanslag leidt. X SA is namelijk niet benadeeld door de voortvarende ambtshalve aanslagoplegging.
RB vraagt aandacht voor aftrekbeperking zakelijke kosten
Het RB vraagt aandacht voor de ruime formulering van de aftrekbeperking met betrekking tot zakelijke kosten in art. 3.15 Wet IB 2001 en art. 8 lid 5 Wet VPB 1969. Een dergelijke aftrekbeperking bij het ontbreken van een privé-element wordt door ondernemers als zeer onrechtvaardig ervaren. Dit staat in de reactie van het RB op het wetsvoorstel Fiscale verzamelwet 2026 (V-N 2025/23.2).
Rente verschuldigd aan verbonden lichaam: aftrek terecht geweigerd
Hof Amsterdam oordeelt dat de inspecteur aannemelijk maakt dat X BV voor de Wet VPB 1969 in 2010-2012 een met F AG verbonden lichaam is. De inspecteur heeft de aftrek van rente dan ook terecht gecorrigeerd.
Nieuw Duits belastingbeleid moet bedrijven aan stekkerauto helpen
De regering in Duitsland wil het aantrekkelijker maken voor Duitse bedrijven om over te stappen op een volledig elektrische auto. Het Duitse ministerie van Financiën is daarom van plan de belastingregels te wijzigen, meldt dpa op basis van een wetsvoorstel dat het persbureau heeft ingezien.