Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het niet in strijd met het EU-recht is dat vennootschappen in België de door hen ontvangen dividenden eerst in hun belastinggrondslag moeten opnemen en vervolgens 95% kunnen aftrekken.

Verzekeringsmaatschappij AGF L’Escaut SA neemt in 1995 twee Belgische verzekeringsmaatschappijen over. AGF L’Escaut wordt in 1999 op haar beurt overgenomen door Assubel-Vie SA, samen met vijf andere verzekeringsmaatschappijen. De door AGF L’Escaut en Assubel-Vie SA overgenomen vennootschappen (Allianz Benelux) hebben vóór de fusie dividenden ontvangen op hun deelnemingen in andere vennootschappen, terwijl zij verliezen leden. Allianz Benelux wil de overschotten van definitief belaste inkomsten (DBI) overdragen, maar dat is volgens de Belgische fiscus niet mogelijk. Vervolgens wordt alsnog wel een gedeeltelijke overdracht toegestaan. Allianz Benelux is het daar niet mee eens. De Belgische rechter stelt een prejudiciële vraag in deze zaak.

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het niet in strijd met het EU-recht is dat vennootschappen in België de door hen ontvangen dividenden eerst in hun belastinggrondslag moeten opnemen en vervolgens 95% kunnen aftrekken. Ook is het verder niet in strijd met de Moeder-dochterrichtlijn dat België bij een fusie slechts een gedeeltelijke overdracht toestaat van de aftrekbare dividenden.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Internationaal belastingrecht

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie

5

Gerelateerde artikelen