De Hoge Raad oordeelt dat de dga als negatief resultaat uit overige werkzaamheden slechts € 1803 in aanmerking kan nemen.

De heer X is dga van A bv, die 70% van de aandelen in B bv bezit. De overige 30% van de aandelen in B bv worden gehouden door C bv, waarvan de heer D dga is. In 2001 heeft de bank een krediet verstrekt aan B bv, X, A bv, C bv en D tezamen, waarvoor zij ieder hoofdelijk aansprakelijk zijn. Het gehele krediet is echter feitelijk ter beschikking gesteld aan B bv, die kort daarop failliet gaat. In oktober 2002 schrijft de bank in verband met de hoofdelijke aansprakelijkheid van X € 7.212 af van zijn bankrekening. X trekt dit bedrag af als negatief resultaat uit overige werkzaamheden. Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat slechts 1/5 deel (€ 1442) aftrekbaar is. Hof 's-Gravenhage oordeelt dat 2/5 deel (€ 2.884) kan worden afgetrokken. De Staatssecretaris van Financiën gaat in cassatie. De Hoge Raad oordeelt dat X als negatief resultaat uit overige werkzaamheden slechts € 1803 in aanmerking kan nemen. Het hof is er terecht vanuit gegaan dat X door de betaling van € 7212 voor dat bedrag een regresvordering op B bv heeft en dat sprake is van het ter beschikking stellen van vermogen. In cassatie is voorts het impliciete oordeel van het hof niet bestreden dat er geen aanleiding is de vorderingen van X op A bv, D en C bv onvolwaardig te achten. Op hen kan X dus nog ieder 1/4 deel van de regresvordering verhalen. Ten gevolge hiervan drukt € 5.409 van de afwaardering van de vordering op B bv niet op X. De Hoge Raad doet de zaak zelf af. Het beroep van de Staatssecretaris is gegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hoge Raad (Belastingkamer)

3

Gerelateerde artikelen