Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat hoewel in de uitspraak op bezwaar staat dat de aanslag wordt vernietigd, het redelijkerwijs niet voor twijfel vatbaar is dat de inspecteur de boete conform het bezwaar heeft vernietigd.
Aan X is als buitenlands belastingplichtige een ambtshalve aanslag in de IB-sfeer opgelegd naar een te betalen bedrag van nihil, alsmede een verzuimboete van € 369 wegens het niet tijdig indienen van de aangifte. Na bezwaar is de boete verminderd tot nihil en is door de inspecteur een kostenvergoeding van € 261 toegekend. Volgens de rechtbank is het verminderen van de boete naar nihil materieel gelijk te stellen met het vernietigen van de boete en is geen sprake van schending van de hoorplicht. X gaat in hoger beroep en stelt dat de inspecteur de boete had moeten vernietigen.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat hoewel in de uitspraak op bezwaar staat dat de aanslag wordt vernietigd, het redelijkerwijs niet voor twijfel vatbaar is dat de inspecteur de boete heeft vernietigd. De inspecteur is volledig tegemoet gekomen aan het bezwaar, zodat de hoorplicht niet is geschonden. Er is conform de wettelijke regels op het verzoek om de kostenvergoeding beslist, ondanks dat er formeel pas na afloop van de uitspraak op bezwaar afzonderlijk over is beslist. De bezwaarkostenvergoeding is ook niet te laag. Het beroep van X is ongegrond.
Lees ook het thema: Bezwaar: het gesloten stelsel van rechtsbescherming.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67a
Algemene wet bestuursrecht 7:15