De verleggingsregeling bij onderaanneming en uitlenen van personeel is beperkt tot de sectoren bouw, metaalconstructiebouw (voor zover het onroerende constructies betreft) en scheepsbouw. Dat staat in een standpunt van de Kennisgroep omzetbelasting.

De verleggingsregeling is niet van toepassing als de ondernemer geen fysieke werkzaamheden aan een onroerende zaak verricht. De kennisgroep antwoordt negatief op de vraag of de verleggingsregeling van toepassing is op werkzaamheden van ondernemers die vooral faciliterend van aard zijn ten behoeve van andere ondernemers/werknemers die wel deze fysieke werkzaamheden aan de onroerende zaak (gaan) verrichten. Ondernemer A verricht prestaties aan en rond het spoorwegnet in Nederland. A zorgt voor een veilige werkplek ten behoeve van werkzaamheden aan of met betrekking tot het spoor. Ondernemer B is een uitzendbureau dat is gespecialiseerd in het uitlenen van personeel dat werkzaam is in het begeleiden en beveiligen van wegwerkzaamheden aan rijkswegen in Nederland (verkeersbegeleiders). De verleggingsregeling is niet van toepassing op deze werkzaamheden.

Wetsartikelen:

Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 24b

Wet op de omzetbelasting 1968 12

[Nieuwsbron]

Rubriek: Omzetbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 23 juni

Informatiesoort: VN Vandaag

21

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen