X heeft een opleiding tot piloot gevolgd. In 2017 heeft hij eerst in Spanje en later in Italië zijn standplaats als piloot. In deze periode huurt hij een appartement aldaar en ontvangt hij inkomen uit zijn werkzaamheden als piloot. In zijn aangifte inkomstenbelasting verzoekt X om voorkoming van dubbele belasting ten aanzien van zijn Spaanse en Italiaanse inkomen. De inspecteur stelt dat X inwoner is van Nederland en derhalve geen aanspraak kan maken op voorkoming van dubbele belasting voor het Spaanse en Italiaanse inkomen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat X in 2017 een duurzame band heeft met Nederland en derhalve fiscaal inwoner is van Nederland. X slaagt niet in de op hem rustende bewijslast om aan te tonen dat hij in 2017 geen fiscaal inwoner was van Nederland. Dat X in 2017 in Spanje en Italië heeft verbleven doet daar niet aan af. X is door de inspecteur dan ook terecht aangemerkt als binnenlands belastingplichtige.

Lees ook het thema Buitenlandse belastingplicht in de loonbelasting.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 4