De volgende moties zijn aangenomen:

• 118 over gedurende de transitieperiode monitoren of pensioenfondsen een carve-out nodig hebben in verband met een evenwichtige belangenafweging;
• 119 over onderzoeken hoe het overgangsrecht voor partnerpensioenaanspraken gestroomlijnd kan worden;
• 120 (gewijzigd) over het monitoren van afspraken over compensatie en de obstakels die sociale partners ondervinden om deze te realiseren;
• 126 over ervoor zorgen dat alle externe werknemers die via een aanbestede of uitbestede opdracht voor de overheid werken, pensioen opbouwen;
• 127 over deelnemers onafhankelijk informeren over het invaren van hun pensioen en over de plaats waar zij terechtkunnen met klachten;
• 128 over werkgevers wettelijk verplichten om aspirant-werknemers al voor indiensttreding te informeren over de invulling van de arbeidsvoorwaarde pensioen;
• 139 over ook in 2023 de indexatie-AMvB vaststellen tot de inwerkingtreding van de Wet toekomst pensioenen indien de Tweede Kamer heeft ingestemd met de wet;
• 140 over een nieuwe regeling waardoor het voor mensen met zware beroepen ook na 2025 mogelijk is eerder met pensioen te gaan of minder dagen te werken;
• 141 over verzekerden beter beschermen bij de doorverkoop van portefeuilles door verzekeraars;
• 142 over actie ondernemen om de kosten voor vermogensbeheer van pensioenfondsen substantieel te verlagen;
• 148 over bij de monitoring de randvoorwaarden meenemen die zijn opgenomen in het pensioenakkoord;
• 149 over onderzoeken of na invoering van de Wtp de vertegenwoordiging door de belanghebbenden in het pensioenfonds afdoende is voor evenwichtige besluitvorming;
• 150 over pensioenfondsen onder voorwaarden vrijstelling verlenen voor de hersteltermijn en het aantal meetmomenten;
• 158 over de nieuwe vormgeving van het nabestaandenpensioen zo snel mogelijk evalueren en monitoren;
• 159 over gegevensuitwisseling tussen het UWV en pensioenuitvoerders mogelijk maken;
• 160 over onderzoeken of en hoe een restitutiemogelijkheid in het nabestaandenpensioen ingevoerd kan worden;
• 161 over de mogelijkheden van een Anw-hiaatverzekering en nabestaandenoverbruggingspensioen bij de vormgeving van het nabestaandenpensioen actief onder de aandacht brengen van sociale partners;
• 162 over het onderzoeken van de mogelijkheden om de pensioenopbouw voor zelfstandigen te verbeteren, zowel in de tweede als de derde pijler;
• 163 over het regelmatig uitvoeren van invoeringstoetsen na inwerkingtreding van de Wtp;
• 166 over een uitvoeringsmonitor over de arbeidsvoorwaardelijke afspraken en in 2026 bezien of het invaren op tijd en verantwoord kan worden ingevoerd.

De Tweede Kamer stemt op 22 december 2022 over het wetsvoorstel.

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron]