Dit dossieronderdeel is afgesloten
Het dossieronderdeel Financiële maatregelen voor particulieren is per 1 september 2020 afgesloten en wordt niet meer geactualiseerd.
1. Kinderopvang
Bijgewerkt op 25 juni 2020, 11.55 uur
Noodopvang
Aan gebruik van de noodopvang voor kinderen van ouders in cruciale beroepen waren en zijn geen kosten verbonden. Als in een gezin één ouder een cruciaal beroep uitvoert, en het lukte niet zelf de kinderen op te vangen, kon er een beroep worden gedaan op de school en/of kinderopvang (dagopvang, BSO, gastouderopvang). Het was dus geen harde eis dat beide ouders een cruciaal beroep uitoefenen.
Vanaf 8 juni 2020 wordt deze noodopvang afgebouwd, omdat de scholen, kinderdagopvang, gastouderopvang en buitenschoolse opvang weer volledig open zijn. Dit geldt ook voor de noodopvang van kwetsbare kinderen. Vanaf 8 juni tot 1 juli 2020 is de noodopvang alleen nog beschikbaar in avond, nacht en weekenden voor ouders die in de zorg werken. Mochten ouders toch behoefte hebben aan extra opvang dan kunnen zij dit op de gebruikelijke manier aanvragen bij kinderopvangorganisaties en gastouders.
De kinderdagopvang (kinderen van 0-4 jaar) en de gastouderopvang (kinderen van 0-12 jaar) zijn al sinds 11 mei 2020 volledig open.
Eigen bijdrage
Ouders die normaliter kinderopvang gebruiken, maar verplicht hun kind thuis moesten houden, moeten wel de gehele factuur aan de kinderopvang voldoen. De kinderopvangsector blijft daarmee in staat goede opvang te verzorgen en kon daardoor ook de noodopvang voor ouders in cruciale beroepen bekostigen.
Inkomenswijziging
In de kinderopvangtoeslag zelf hoeven ouders niets te wijzen, waardoor het recht op kinderopvangtoeslag blijft bestaan. Alleen het doorgeven van een inkomenswijziging blijft in alle gevallen belangrijk, omdat dit leidt tot een andere hoogte van de kinderopvangtoeslag. Wanneer ouders een inkomenswijziging doorgeven voor de eerste dag van de volgende maand, wordt deze wijziging verwerkt in de kinderopvangtoeslag van die volgende maand (uitkering van de kinderopvangtoeslag vindt plaats rond de 20e van de maand).
Bij werkloosheid geldt dat tot drie maanden na het verliezen van werk recht blijft bestaan op kinderopvangtoeslag. Ouders die hun werk verliezen, hoeven dus niet direct hun kind(eren) van de opvang te halen en de plek op de kinderopvang op te geven.
Compensatie
Een deel van de factuur van de kinderopvang heeft betrekking op de inkomensafhankelijke eigen bijdrage die ouders betalen. Het kabinet vindt het onwenselijk om ouders een eigen bijdrage voor kinderopvang te laten betalen terwijl ze daar tijdens de coronacrisis geen gebruik van konden maken. Ouders worden daarvoor gecompenseerd via een aparte landelijk geldende compensatieregeling.
De overheid neemt bij die compensatie het deel van de eigen bijdrage tot de maximum uurprijs voor haar rekening. De kinderopvangorganisaties hebben de intentie uitgesproken het gedeelte tussen de maximum uurprijs en de werkelijke uurprijs, voor zover die hoger ligt, te vergoeden aan de ouders.
Compensatie via de SVB
Voor de compensatie door de overheid is een aparte regeling opgesteld die wordt uitgevoerd in een samenwerking tussen de Belastingdienst/Toeslagen en de Sociale Verzekeringsbank (SVB).
Ambtshalve
Ouders die de kinderopvang door blijven betalen gedurende de sluitingsperiode tot 8 juni 2020, krijgen een vergoeding voor de eigen bijdrage. De Belastingdienst/Toeslagen stelt aan de hand van de gegevens van ouders die bij de Belastingdienst op de peildatum 6 april 2020 of 4 september 2020 bekend zijn, de vergoeding per huishouden ambtshalve vast. Dit betekent dat ouders geen aparte aanvraag hoeven te doen.
Peildatum 6 april 2020 of 4 september 2020
De datum van 6 april en 4 september sluit voor de Belastingdienst/Toeslagen aan op een vast maandelijks peilmoment en maakt het tegelijkertijd mogelijk zo veel mogelijk aan te sluiten op de actuele situatie.
Naast de oorspronkelijke peildatum 6 april is een tweede peildatum 4 september toegevoegd, om de groep van rechthebbende ouders iets te vergroten. Het kan namelijk voorkomen dat ouders over (een deel van) de periode van 16 maart 2020 tot 8 juni 2020 wel recht hebben op kinderopvangtoeslag maar zij op de peildatum 6 april 2020 nog geen kinderopvangtoeslag hadden aangevraagd. Daarnaast kan het voorkomen dat de toeslag al wel was aangevraagd, maar op 6 april 2020 nog niet verwerkt bij de Belastingdienst/Toeslagen, bijvoorbeeld voor een tweede of volgende kind. Er is in die gevallen op 6 april 2020 voor een of meer kinderen geen kinderopvangtoeslag toegekend en om die reden geen of minder tegemoetkoming vastgesteld. Door een tweede berekening te doen op 4 september 2020 komen deze ouders alsnog in aanmerking voor een (hogere) vergoeding.
Ouders aan wie voor het eerst kinderopvangtoeslag is toegekend, ontvangen dan alsnog de vergoeding. Als het ouders betreft aan wie voor een tweede of volgend kind kinderopvangtoeslag is toegekend, ontvangen een aanvulling op de oorspronkelijke vergoeding. De tweede berekening op de peildatum 4 september kan er niet toe leiden dan ouders de vergoeding moeten terugbetalen.
De hoogte van de vergoeding wordt berekend op basis van het aantal kinderen in een huishouden dat gebruik maakt van kinderopvang, het aantal uren dat is doorgegeven (met een maximum van 230 uur per maand per kind), de hoogte van het inkomen en de maximum uurprijs die per soort kinderopvang geldt. De Belastingdienst/Toeslagen geeft diverse gegevens, zoals de hoogte van de vergoeding, het toetsingsinkomen en betaalgegevens, door aan de SVB. Op basis daarvan stuurt de SVB de ouders een beschikking met daarin het bedrag van de vergoeding. Voor vragen over de beschikking moeten ouders contact opnemen met de SVB.
De gegevens bij de Belastingdienst/Toeslagen op de gehanteerde peildata zullen niet altijd volledig aansluiten bij de gegevens in de actualiteit en op de factuur. Voor sommige ouders kan sprake zijn van een beperkte overcompensatie, dan wel een beperkte ondercompensatie. Dit wordt veroorzaakt door een aantal versimpelingen in de regeling, zoals een op de peildatum nog niet verwerkte inkomenswijziging en het uitgaan van de maximum uurprijs in plaats van de werkelijke uurprijs. De vergoeding wordt hier achteraf niet op gecorrigeerd.
Bij substantiële afwijkingen krijgen ouders de mogelijkheid om herziening aan te vragen.
Uitbetaling
De vergoeding wordt in één bedrag door de SVB rechtstreeks aan de ouders uitbetaald over de periode van 16 maart 2020 tot 8 juni 2020. De verwachting is dat de uitbetaling in de maand juli 2020 geschiedt. Een eventuele (na)betaling gebaseerd op de berekening met peildatum 4 september 2020 vindt in oktober 2020 plaats.
Bezwaar en beroep
Voor ouders die het niet eens zijn met de hoogte van de vergoeding en/of de gevolgde procedures staat bezwaar en beroep open. De inhoudelijke beoordeling van herzieningen, bezwaar en beroepszaken zal door de Belastingdienst/Toeslagen plaatsvinden.
Formele grondslag
De regeling is formeel vastgelegd in een zelfstandige algemene maatregel van bestuur (AMvB) die gebaseerd wordt op artikel 89 van de Grondwet. Deze Tijdelijke tegemoetkomingsregeling KO is op 8 mei 2020 in het Staatsblad verschenen. De verlening van de periode waarover de vergoeding wordt toegekend tot 8 juni 2020 en de uitbreiding van de groep van ouders door een tweede peildatum in te voeren, is geregeld met een ministeriële regeling die op 12 juni 2020 in de Staatscourant is verschenen.
Voorschoolse educatie of sociaal-medische indicatie
Voor sommige ouders geldt dat zij bij het gebruik van kinderopvang geen gebruik maken van kinderopvangtoeslag, maar een vergoeding krijgen van de gemeente. Bijvoorbeeld als sprake is van een sociaal-medische indicatie (SIM) of deelname aan voorschoolse educatie of kortdurend peuteraanbod. De eigen bijdrage die ouders voor deze opvang betalen wordt door de gemeente gecompenseerd.
Bron: brief kabinet noodpakket banen en economie 17-3-2020, nr. CE-AEP/20077147; Belastingdienst; nieuwsbericht ministerie van SZW 20-3-2020; brief kabinet noodmaatregelen kinderopvang in verband met Covid-19 25-3-2020, nr. 2020-0000045277; nieuwsbericht Vereniging Nederlandse Gemeenten 6-4-2020; brief staatssecretaris van SZW kinderopvang en Covid-19: update noodopvang en compensatie eigen bijdrage ouders 16-4-2020, nr. 2020-0000054585; brief minister van VWS Covid-19: update stand van zaken 21-4-2020, nr. 1677140-204449-PG; brief staatssecretaris van SZW vaststelling amvb Tijdelijke tegemoetkomingsregeling kinderopvang 4-5-2020, nr. 2020-0000060397; Tijdelijke tegemoetkomingsregeling KO, Stb. 2020, 134; nieuwsbericht ministerie van SZW 19-5-2020; Regeling nadere regels inzake de Tijdelijke tegemoetkomingsregeling KO, Stcrt. 2020, 31675; brief minister van VWS Covid-19 update stand van zaken 24-6-2020, nr. 1711032-207446-PG