In 2021 zijn 446 rulingverzoeken toegekend ten opzichte van 387 verzoeken in 2020. Dat staat in het jaarverslag 2021 Rulings met internationaal karakter. Het jaarverslag 2021 ziet op alle rulings met een internationaal karakter en omvat zowel rulings met grote ondernemingen als met MKB-ondernemingen.
Het aantal ontvangen verzoeken in 2021 betreft 594 ten opzichte van 642 in 2020. Het totale aantal afgedane verzoeken in 2021 is 650 (2020: 600). Hierdoor is de voorraad licht gedaald naar 726 (2020: 782). De in 2021 ontvangen verzoeken betreffen in 241 gevallen Advance Tax Ruling (ATR)-verzoeken, in 103 gevallen Advance Pricing Agreement (APA)-verzoeken, in 207 gevallen verzoeken over de innovatiebox en in 43 gevallen verzoeken betreffende overige rulings. (Deels) toegekend zijn 165 ATR-verzoeken, 92 APA -verzoeken, 164 innovatiebox-verzoeken en 25 overige verzoeken.
In 2021 zijn er geen belangrijke wijzigingen in de rulingpraktijk geweest. Het besluit waarin de regels en procedures voor het afgeven van rulings is beschreven, is beperkt aangepast, met name door competentieaanvragen naar aanleiding van nieuwe wetgeving. De samenvattingen van de rulings met een internationaal karakter werden, in nagenoeg alle gevallen, binnen 3 weken na het sluiten van de ruling gepubliceerd op de website van de Belastingdienst.
Bij de onderwerpen waarover om een ruling werd verzocht ging het vaak over het begrip ‘vaste inrichting’ en vestigingsplaatsproblematiek, waaronder openingsbalansproblematiek en eindafrekening problematiek bij verplaatsing van het (fiscaal) inwonerschap naar of uit Nederland.
Eén van de formele vereisten voor een ruling is dat de uiteindelijke gerechtigde tot het vermogen van een belastingplichtige inzichtelijk wordt gemaakt. De Belastingdienst heeft besloten om het percentage van gerechtigheid van 5%, dat voorheen werd gehanteerd, niet aan te passen naar 25% naar aanleiding van de nieuwe regelgeving omtrent UBO’s.
Naar aanleiding van Kamervragen over vastgoedstructuren (over belastingontwijking door Blackstone, zie ook dit bericht op TaxLive) wordt in het jaarverslag van 2022 meer inzicht gegeven welke internationale rulings met betrekking tot fiscale beleggingsinstellingen worden afgegeven.
Uit het jaarverslag 2021 blijkt verder dat de verwachting is dat corporate tie-breakerverzoeken geleidelijk gaan stijgen, omdat steeds meer bilaterale belastingverdragen onderling overleg tussen autoriteiten voorschrijven als methode om een beslissing te nemen over verdragsinwonerschap. In dat kader heeft in 2021 overleg plaatsgevonden met het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Australië, Curaçao, Canada en de Verenigde Staten.
In de bijlage bij het jaarverslag worden onder andere beeldbepalende standpunten weergegeven over de volgende onderwerpen:
Economische nexus:
- Geen economische nexus vereist ten aanzien van een passieve CV die geen onder neming drijft naar Nederlandse fiscale maatstaven;
- Invulling economische nexus bij groepsfinancieringsactiviteiten;
- Dual resident.
Belastingbesparing/ belastingontwijking:
- Is de enige dan wel doorslaggevende reden voor de structuurwijziging belastingbesparing?
- Bodemlozeputlening en belastingbesparing;
- Kwalificatie betalingen en buitenlands consolidatieregime;
- Immateriële activa in een onbelaste sfeer;
- Herfacturering.
Laagbelastende jurisdicties (LTJ)
- Geen directe transactie bij deelneming met vaste inrichting in LTJ;
- Verschillende investeerders CV;
- Directe transacties met entiteiten in laagbelastende landen;
- Verplaatsing & LTJ.
Bron: MinFin
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Internationaal belastingrecht