Volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad hangt de aard van een overeenkomst niet af van de benaming die partijen daaraan gegeven hebben, maar moet gelet worden op alle omstandigheden van het geval, waaronder ook de bedoeling van partijen en hoe partijen in de praktijk (al dan niet) uitvoering geven aan de betreffende overeenkomst. Zo ook in het volgende geval. Ondanks dat partijen schriftelijk een arbeidsovereenkomst hebben gesloten, is er volgens de rechter geen sprake van een arbeidsovereenkomst.
Casus
Jansen is getrouwd geweest met de directrice/bestuurder tevens werkgever. Jansen en zijn werkgever ondertekenen op 1 december 2005 een "arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd" op grond waarvan Jansen als senior consultant in dienst treedt. De werkgever betaalt vanaf gelijke datum maandelijks een geldbedrag aan Jansen. Als de werkgever na november 2010 stopt met die maandelijkse betalingen, vraagt Jansen aan de kantonrechter om te verklaren dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is en om zijn werkgever te veroordelen tot het betalen van loon vanaf 1 november 2010 tot het moment waarop de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig eindigt.
Beoordeling Kantonrechter
De kantonrechter wijst de vordering van Jansen af. Er is niet voldoende aannemelijk gemaakt dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Volgens de kantonrechter had de overeenkomst enkel tot doel om fiscaal voordeel te halen. Jansen is het hier niet mee eens en stelt hoger beroep in.
Beoordeling Hof
Volgens het Hof levert de schriftelijke overeenkomst in beginsel dwingend bewijs op. Het Hof stelt de werkgever echter in de gelegenheid om tegenbewijs te leveren. De werkgever laat diverse personeelsleden als getuige horen. Daarnaast wordt door het personeel (ook schriftelijk) verklaard dat Jansen in de praktijk helemaal niet werkzaam was voor de werkgever. Het Hof acht deze bewijslevering geslaagd en wijst, net als de kantonrechter, de vordering van Jansen af.
Conclusie
Een dergelijke constructie komt geregeld voor in praktijk, veelal ingegeven door fiscale motieven. Ondanks dat een document door beide partijen is ondertekend en een bepaalde naam is gegeven, wil nog niet zeggen dat het (juridisch) ook als zodanig kan worden gekwalificeerd.
Bron: Baker Tilly Berk
0