De 80%-regeling is alleen van toepassing op de in 2014 ontvangen afkoopsom van een goudenhanddrukstamrecht; niet op de reguliere uitkeringen die in datzelfde jaar zijn ontvangen. Dat beslist Hof Arnhem-Leeuwarden.
De zaak (11 december 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:10717) verloopt als volgt. Een man ontvangt van zijn BV uitkeringen uit een goudenhanddrukstamrecht. Hij ontvangt van januari tot en met augustus 2014 in totaal een bedrag van € 14.407. In september 2014 ontvangt hij een afkoopsom van € 33.745. Daarmee eindigt de stamrechtovereenkomst. Op deze afkoopsom is de 80%-regeling toegepast.
De 80%-regeling houdt in dat de afkoopsom van een goudenhanddrukstamrecht voor slechts 80% belast is. De regeling gold alleen in 2014. De man is van mening dat de 80%-regeling van toepassing is op alle in 2014 ontvangen uitkeringen, dus ook op de maanduitkeringen van in totaal € 14.407.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt, met verwijzing naar de wetsgeschiedenis, dat de reguliere uitkeringen niet onder de 80%-regeling vallen. Die uitkeringen zijn dus terecht ten volle belast.
Belang voor de praktijk
Op 1 januari 2014 is de regeling van het goudenhanddrukstamrecht afgeschaft. Voor dat jaar – 2014 – gold de 80%-regeling. De wetgever heeft hiermee geprobeerd belastingplichtigen te verleiden stamrechtgeld ineens op te nemen. Desondanks hebben veel houders van stamrechtaanspraken toch voor een reguliere afwikkeling gekozen. Daar kunnen verschillende redenen voor zijn. Als het stamrecht bijvoorbeeld in eigen beheer wordt uitgevoerd, kan het geld geïnvesteerd zijn in de onderneming van de BV.
Een goudenhanddrukstamrecht is géén lijfrenteaanspraak. Hiervoor gelden andere fiscale regels.
De uitkeringen uit een goudenhanddrukstamrecht dienen uiterlijk in het jaar waarin de (ex-) werknemer de AOW-leeftijd bereikt, in te gaan. In veel oudere overeenkomsten staat nog de 65-jarige leeftijd als (uiterste) ingangsleeftijd. Het stamrecht mag ook dan worden uitgesteld tot uiterlijk 31 december van het jaar waarin de AOW-leeftijd wordt bereikt, maar dat moet de gerechtigde dan uiteraard wel overeenkomen met de uitvoerder.
Bron: Fiscaal Juridisch Adviesbureau Nationale Nederlanden
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Loonbelasting