Het eigenwoningforfait gaat de komende jaren verder omlaag. In het Belastingplan 2019 geeft het kabinet de verwachte ontwikkeling van de percentages van het eigenwoningforfait weer.
Dat ziet er als volgt uit:
|
Woningwaarde |
Percentages eigenwoningforfait |
|||||
|
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
|
|
Tot € 12.500 |
0% |
0% |
0% |
0% |
0% |
0% |
|
€ 12.500 - € 25.000 |
0,25% |
0,25% |
0,20% |
0,20% |
0,20% |
0,15% |
|
€ 25.000 - € 50.000 |
0,40% |
0,35% |
0,35% |
0,30% |
0,30% |
0,25% |
|
€ 50.000 - € 75.000 |
0,55% |
0,50% |
0,45% |
0,40% |
0,40% |
0,35% |
|
€ 75.000 - € 1.060.000* |
0,70% |
0,65% |
0,60% |
0,50% |
0,50% |
0,45% |
|
Meer dan € 1.060.000* |
2,35% |
2,35% |
2,35% |
2,35% |
2,35% |
2,35% |
* Het grensbedrag voor de 'villataks' van € 1.060.000 in 2018 wordt jaarlijks geïndexeerd. Daarmee is in dit overzicht geen rekening gehouden. Het hier genoemde percentage van 2,35% geldt alleen voor de waarde boven het grensbedrag. Daaronder geldt het daarboven genoemde percentage (0,70%, 0,65%, etc.).
Belang voor de praktijk
Het eigenwoningforfait daalt de komende jaren aanzienlijk. We moeten ons echter niet te snel rijk rekenen. Deze bijtelling op het inkomen wordt belast tegen nu maximaal 51,95%. Weliswaar daalt dit toptarief naar 49,5% in 2021, maar het voordeel van hypotheekrenteaftrek daalt, voor mensen die in de hoogste schijf inkomstenbelasting vallen, harder (lees ook het bericht Ontwikkeling van de tariefcorrectie de komende jaren). Tel daar – voor wie daarvoor in aanmerking komt – nog de uitfasering van de Hillen-aftrek bij op en het beeld is compleet.
In art. 3.111 lid 6 Wet IB 2001 is de zogeheten uitzendregeling opgenomen. Hoewel deze regeling niet alleen ziet op de situatie van uitzending is hij wel voor die situatie geschreven. Het komt er op neer dat een belastingplichtige zijn woning die hem niet langer als hoofdverblijf ter beschikking staat toch kan aanmerken als eigen woning in box 1. Als de belastingplichtige een beroep doet op deze regeling – zij geldt niet van rechtswege – dan geldt in dat geval een percentage voor de berekening van het eigenwoningforfait van nu 1,15%. Ook dit verhoogde percentage van het eigenwoningforfait van 1,15% (2018) van de eigenwoningwaarde wordt verhoudingsgewijs verlaagd op basis van de daarvoor geldende factor van 10/6. Dat leidt tot een verlaging van 0,08% per jaar in de jaren 2020, 2021 en 2023 (met afronding naar beneden van de berekende percentages tot op vijfhonderdste nauwkeurig).
Lees ook het thema Eigenwoningregeling.
Bron: Fiscaal Juridisch Adviesbureau Nationale Nederlanden