Rente op vreemd vermogen is in de vennootschapsbelasting aftrekbaar. Op deze hoofdregel geldt echter een aantal wettelijke en jurisprudentiële uitzonderingen. Een zeer belangrijke renteaftrekbeperking is de antiwinstdrainagewetgeving van art. 10a Wet Vpb. Wat is de achtergrond van de antiwinstdrainagewetgeving? En welke situaties vallen onder het bereik van deze wetgeving?
De antiwinstdrainagewetgeving richt zich tegen onzakelijke structuren in concernverband waarbij eigen vermogen wordt omgezet in vreemd vermogen. De wetgeving stamt uit 1996-1997 en vormt een codificatie en een aanscherping van fraus-legis-jurisprudentie. In de loop der jaren is de wetgeving verschillende keren aangepast en verder aangescherpt.
De renteaftrekbeperking is van toepassing als sprake is van een besmette rechtshandeling in verband met een lening aan een verbonden partij. In een nieuw thema doet specialist Jeroen van Strien uit de doeken wat een besmette handeling is en wanneer sprake is van verbondenheid.
Van Strien gaat ook in op situaties waarin tegenbewijs kan worden geleverd en op het rentebegrip binnen de antiwinstdrainagewetgeving. Hij sluit zijn themabijdrage af met enkele attentiepunten rond deze aftrekbeperking. "Niet alleen rente wordt in aftrek beperkt. Ook kosten en valutaresultaten kunnen hieronder vallen. Bovendien is met ingang van 1 januari 2017 de antiwinstdrainagewetgeving mogelijk ook van toepassing op een samenwerkende groep", zo waarschuwt hij.
Het thema van Jeroen van Strien staat online op de Navigator van Wolters Kluwer en is voor abonnees vrij toegankelijk.
----------------------
De Navigator van Wolters Kluwer ontsluit haar enorme hoeveelheid aan informatie eveneens via zogeheten thema's: inleidende beschrijvingen van belangrijke fiscale onderwerpen met verwijzingen naar onder meer relevante wetgeving, standaardarresten, modellen en naslagwerken. Een compleet overzicht van alle thema's, gerangschikt op rechtsgebied, staat op een speciale pagina van TaxLive.
Bron: Redactie TaxLive