De termijnen voor het indienen en betalen van de aangifte en suppletieaangifte omzetbelasting, alsmede de termijn voor het verlenen van de teruggave omzetbelasting heeft de redactie naar aanleiding van de beantwoording van de Kamervragen van lid Lodders (VVD) op een rij gezet.

Aangifte en betaling omzetbelasting

De aangifte omzetbelasting en de betaling moet de ondernemer doen binnen de door de inspecteur gestelde termijn van minstens één maand na afloop van het tijdvak.

Aan een ondernemer die niet, niet geheel of niet tijdig de omzetbelasting heeft betaald, legt de inspecteur een naheffingsaanslag op, eventueel met boete.

Suppletie omzetbelasting

Een suppletieaangifte moet de ondernemer doen zodra een hij heeft geconstateerd dat er in een tijdvak over de afgelopen vijf kalenderjaren te weinig of te veel omzetbelasting is afgedragen. De suppletieaangifte moet worden ingediend voordat de ondernemer weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de inspecteur met de onjuistheid of onvolledigheid bekend is of zal worden.

Wanneer de fout per saldo minder bedraagt dan € 1.000 mag het bedrag in de eerstvolgende aangifte verwerkt worden.

Als de suppletieaangifte leidt tot een te betalen bedrag zal er een naheffingsaanslag omzetbelasting worden opgelegd. De naheffingsaanslag moet worden betaald binnen twee weken na dagtekening van de aanslag.

Negatieve suppletie omzetbelasting

Een negatieve suppletie omzetbelasting die binnen de bezwaartermijn van zes weken na afloop van het tijdvak wordt ingediend, wordt behandeld als een bezwaarschrift. Voor een beslissing op de negatieve suppletieaangifte gelden dan de bezwaartermijnen op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht: zes weken met een eventuele verlenging naar 12 weken.

In gevallen waarin de negatieve suppletie wordt ingediend na afloop van de bezwaartermijn wordt het verzoek behandeld als een verzoek om ambtshalve teruggaaf. Hiervoor staat een redelijke beslistermijn van maximaal acht weken, met een eventuele verlenging van deze termijn met een redelijke termijn. Wat deze tweede redelijke termijn is, is niet duidelijk.

Betaling belastingrente en invorderingsrente

Indien een naheffingsaanslag wordt opgelegd na afloop van het kalenderjaar waarop de nageheven belasting betrekking heeft, kan er belastingrente in rekening worden gebracht. Er wordt geen belastingrente in rekening gebracht als de naheffingsaanslag het gevolg is van een suppletieaangifte die is gedaan binnen drie maanden na het einde van het kalenderjaar waarop de nageheven belasting betrekking heeft.

Als een ondernemer wel juist en volledig aangifte heeft gedaan, maar de betalingstermijn voor de naheffingsaanslag omzetbelasting overschrijdt, wordt er invorderingsrente in rekening gebracht.

Vergoeding belastingrente en invorderingsrente

Belastingrente wordt enkelvoudig vergoed over de periode die aanvangt acht weken na ontvangst van het verzoek om teruggave, maar niet eerder dan drie maanden na het einde van het kalenderjaar of boekjaar waarop de teruggave betrekking heeft, en eindigt 14 dagen na de dagtekening van de teruggaafbeschikking.

Na het afgeven van de teruggavebeschikking heeft de inspecteur nog zes weken de tijd om het bedrag van de teruggave uit te betalen. Indien de termijn van zes weken niet wordt gehaald, is de inspecteur invorderingsrente verschuldigd.

Bron: Redactie TaxLive

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Omzetbelasting

Focus: Focus

Carrousel: Carrousel

652

Gerelateerde artikelen