Voor de eigenwoningschuld geldt sinds 2013 een annuïtaire aflossingseis. In bepaalde gevallen, zoals bij betalingsachterstanden, mag tijdelijk van die eis worden afgeweken. Indien de achterstand niet binnen een voorgeschreven termijn is ingehaald, gaat de schuld (definitief) over naar box 3. De renteaftrek gaat dan verloren. Indien de schuld wordt afgelost, wordt een eventuele nieuwe schuld tot het niveau van de afgeloste schuld niet tot de eigenwoningschuld gerekend. Deze gevolgen treden bijvoorbeeld ook op in situaties waarin door een onbedoelde fout in de berekening of betaling van de aflossingen een achterstand is ontstaan. Het kabinet vindt deze sanctie bij nader inzien te stringent.
Het voorstel tot verzachten van de sanctie houdt in dat de schuld nog steeds overgaat naar box 3, maar dat die overgang niet langer permanent hoeft te zijn. Dit brengt mee dat tijdelijk geen recht meer bestaat op renteaftrek. De schuld die is overgegaan naar box 3 of een nieuwe, opvolgende schuld kan hierdoor op enig moment weer wel tot de eigenwoningschuld gerekend worden als voor deze bestaande of nieuwe schuld aan de eisen van een eigenwoningschuld is voldaan (volledig en ten minste annuïtair aflossen binnen 360 maanden). Tussentijds wordt de schuld in box 3 nog steeds meegenomen bij het bepalen van de rendementsgrondslag. Deze wijziging werkt terug tot en met invoering van de aflossingseis (1 januari 2013).
Bron: Fiscaal Juridisch Adviesbureau Nationale Nederlanden