Btw-fraude is een doorn in het oog van de EU-lidstaten die hierdoor jaarlijks miljarden euro’s mislopen. Het net rond de fraudeur sluit zich echter. Naast vele anti-fraudemaatregelen van de EU heeft begin dit jaar de Hoge Raad uitleg gegeven over “wist of had moeten weten” van btw-fraude.

Of in een zaak sprake is van fraude en de belastingplichtigen dit wisten of hadden moeten weten, hangt natuurlijk sterk af van de omstandigheden van het geval. De Hoge Raad heeft op 19 januari 2018 drie eisen gesteld aan het begrip “wist of had moeten weten”. Vereist is dat wordt vastgesteld:

1. Hoe de keten van leveringen is ingericht en welke plaats de ondernemer daarin had;
2. In welke schakel(s) van die keten btw-fraude werd gepleegd en wat die btw-fraude inhield;
3. Dat en op welke gronden geoordeeld moet worden dat die ondernemer wist of had moeten weten dat de btw-fraude plaatsvond in de keten.

Zie voor een overzicht van de belangrijkste nationale jurisprudentie de rubriek “belangrijkste uitspraken” in het gratis thema btw-(carrousel)fraude.

Bron: Redactie TaxLive

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Omzetbelasting

Carrousel: Carrousel

1

Gerelateerde artikelen