De werkdruk in de Rechtspraak is hoog en vormt een bedreiging voor het behoud van de kwaliteit. Ingezette vernieuwingen en innovaties moeten worden doorgevoerd. Als het aantal afgehandelde zaken daardoor de komende jaren daalt, moet daar begrip voor zijn. Het kan gebeuren dat de Rechtspraak door de omstandigheden niet altijd binnen de budgettaire kaders blijft. Dat betoogden diverse deelnemers aan een rondetafelgesprek over de rechtspraak gisteren in de Tweede Kamer, waar werd gesproken over werkdruk en kwaliteit.

Initiatief

De Kamer had het initiatief genomen voor de hoorzitting, naar aanleiding van berichten over hoge werk- en productiedruk (die raadsheren van het hof in Leeuwarden eind vorig jaar aan orde stelden in een manifest) en het vernieuwingsprogramma Kwaliteit en Innovatie (zie ook Tweede Kamer geïnformeerd over vernieuwing rechtspraak). De parlementariërs spraken eerst een uur met Geert Corstens (president Hoge Raad), Frits Bakker (voorzitter Raad voor de rechtspraak), Maria van de Schepop (voorzitter van vakbond en beroepsvereniging NVvR), Herman Bolhaar (voorman Openbaar Ministerie) en vertegenwoordigers van de Nederlandse Orde van Advocaten en de beroepsorganisatie van gerechtsdeurwaarders. 

Hoge kwaliteit

De sprekers zijn het erover eens dat hoge kwaliteit van rechtspraak van essentieel belang is voor de samenleving en dat de geleverde kwaliteit weinig te wensen over laat. Maar er zijn wel zorgen. Rechters in diverse sectoren ervaren een extreem hoge werkdruk, onder meer doordat de gemiddelde rechtszaak steeds zwaarder wordt. Het beleid is erop gericht lichte strafzaken steeds minder voor de rechter te laten komen, waardoor de zware complexe zaken overblijven. Het financieringssysteem op basis van output (de Rechtspraak krijgt per vonnis betaald) speelt hierbij een belangrijke rol. 

Onvoldoende

Volgens Frits Bakker hebben rechters door de jaren heen steeds meer het gevoel gekregen dat de prijzen onvoldoende zijn om bij een aanvaardbare werklast een goed product te leveren. Toch zette Bakker uiteen dat hij niet wil morrelen aan het systeem: "De Rechtspraak hecht aan het behouden van dit bekostigingssysteem. Het beschermt tegen ingrepen, legt een relatie tussen de tijd die een zaak kost en het geld dat de gerechten krijgen en de hele instroom wordt betaald. Wel moeten we voorkomen dat rechters druk voelen door het systeem. Ze moeten de tijd en aandacht aan een rechtszaak geven die nodig is. Aan gerechtsbestuurders de taak zich om de centen te bekommeren en te voorkomen dat er perverse prikkels van het systeem uit gaan."

Vernieuwingen

De gespreksdeelnemers vertelden de Kamerleden vanuit verschillende perspectieven dat er in de Rechtspraak hard wordt gewerkt aan vernieuwingen en het oplossen van knelpunten, bijvoorbeeld in de strafrechtketen. De komende jaren gaat de omslag plaatsvinden van papier naar digitaal en worden de civiel- en bestuursrechtelijke procedures aangepast. Hierdoor wordt de Rechtspraak toegankelijker, gebruiksvriendelijker en begrijpelijker voor de rechtzoekende. Benadrukt werd dat de moderniseringsslag volgt op een andere grote operatie, de herziening van de gerechtelijke kaart (HGK) per 1 januari 2013, die veel van de mensen heeft gevergd. Door de HGK werd het aantal rechtbanken teruggebracht tot 11 (was 19) en het aantal gerechtshoven tot 4 (was 5). 

Ambities

NVvR-voorzitter Maria van de Schepop stelde dat het Openbaar Ministerie in haar ogen onevenredig wordt gekort, terwijl de politie en de Rechtspraak relatief ontzien worden door het kabinet. Ook wees ze erop dat het kabinet, ondanks de bezuinigingen, torenhoge ambities heeft, vooral op het gebied van strafrecht. Van de Schepop: "Dit levert problemen in de keten op. Het zou beter zijn als de bezuinigingen worden uitgesteld. Of als de ambities worden bijgesteld. Rond eerst de huidige projecten af voordat nieuwe worden gestart."

Modernisering

Frits Bakker zei dat het vernieuwingsprogramma Kwaliteit en Innovatie wat hem betreft vooral gaat over modernisering van de rechtspraak, met behoud van de huidige, hoge kwaliteit. Bakker: "Als het op termijn geld gaat opleveren is dat een mooie bijvangst, maar dat is niet het uitgangspunt." Hij herhaalde zijn al eerder ingenomen standpunt dat alleen goede, tijdige rechtspraak van belang is en dat de Raad voor de rechtspraak de verantwoordelijkheid neemt voor rode cijfers als het echt niet anders kan. De kwaliteit van rechtspraak mag nimmer in het geding zijn, aldus Bakker. 

‘Rust in de tent'

In het tweede uur van de hoorzitting vertelden mensen uit de dagelijkse praktijk van de rechtspraak over hun opvattingen. Uitgenodigd waren Henk Naves (president rechtbank Gelderland), Rinus Otte (raadsheer gerechtshof Arnhem) en Hans Milius (strafrechter bij de rechtbank Den Haag). De Kamerleden vroegen hen onder meer aan te geven wat zij van de politiek verwachten. Het drietal gaf aan vooral behoefte te hebben aan, zoals Hans Milius het uitdrukte, ‘rust in de tent'. Otte: "Geef de Rechtspraak de tijd het transitieproces door te maken. Er is een professionaliseringsslag gaande. Dat gaat gepaard met spanningen, dat kan niet anders. Maar de derde staatsmacht heeft innovatief denkvermogen genoeg om uit deze onrustige tijden te komen."
 

Bron: de Rechtspraak

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Bronbelasting

2

Gerelateerde artikelen