Shell heeft op maandag 15 november jl. aangekondigd Den Haag te zullen verruilen voor Londen. Na Unilever is dit het tweede icoon van het Nederlandse bedrijfsleven dat Nederland verlaat. Eerder ging trouwens ook Relx (het vroegere Elsevier) Unilever en Shell vooruit naar het Verenigd Koninkrijk. Minister-president Rutte zou dit de verBelgischering van Nederland noemen.

Dat Shell voor één land kiest, is niet verrassend. De duale aandelenstructuur – met aandelen A genoteerd aan de Amsterdamse effectenbeurs en aandelen B aan de Londense effectenbeurs – breekt Shell steeds meer op. Om Shells duale aandelenstructuur te beëindigen, zou Shell echter ook voor Nederland kunnen kiezen in plaats van voor het VK. Dat Shell voor het VK kiest en niet voor Nederland, heeft alles te maken met de Nederlandse dividendbelasting. Nadat Van Loon dit op maandag 15 november 2021 op Radio 1 nog in alle toonaarden ontkende, geeft Van Beurden dit in het FD van dinsdag 16 november 2021 ruiterlijk toe. En dat is natuurlijk logisch. Het VK heft immers geen dividendbelasting. En aangezien zo’n hoofdkantoor-verplaatsing moet worden goedgekeurd door de aandeelhouders van Shell, ligt het, gezien deze dividendbelasting, niet voor de hand dat de aandeelhouders hadden ingestemd met Nederland als enig hoofdkantoor. Kijk naar wat er bij Unilever is gebeurd. Unilever koos aanvankelijk voor Nederland als enig hoofdkantoor maar dit voorstel werd weggestemd door de aandeelhouders. En dus bleef voor Unilever het VK als enige alternatief over. Shell bevindt zich wat dit betreft in precies hetzelfde schuitje. Shells aandelenkoers steeg na de aankondiging van haar verhuizing ook onmiddellijk, dus in de aanstaande aandeelhoudersvergadering van Shell zal dit een no-brainer zijn.

Hoe jammer men Shells vertrek misschien ook vindt, men kan het Shell niet verwijten dat het deze stap zet. Veel meer moet Nederland de hand in eigen boezem steken. Al enige jaren is het sentiment in de Nederlandse politiek volstrekt anti-multinational. Kijk naar wat er is gebeurd met de dividendbelasting-miljarden. Uiteindelijk zijn die overal terecht gekomen maar niet bij het internationale bedrijfsleven, waarvoor deze miljarden toch in eerste instantie waren bestemd en die dit bedrijfsleven voor een belangrijk deel ook zelf heeft gefinancierd, door middel van grondslagverbredende maatregelen in de VPB. Kijk ook naar hoe gemakkelijk de politiek instemt met telkens weer VPB-tariefverhogingen, recent nog met 0,8 procentpunt, om andere niet-fiscale uitgaven te financieren. En bij de behandeling van de begroting van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werd opnieuw geopperd om het algemene VPB-tarief met twee procentpunt te verhogen om zo de afschaffing van de verhuurderheffing te financieren. Waar vroeger de alcohol- en tabaksaccijns de financiële gatenstoppers van de overheidsfinanciën waren, is dat tegenwoordig het algemene VPB-tarief. En kijk ook naar de verlaging van het EBITDA-percentage van 30 naar 20 vanaf 1 januari a.s. in de earningsstripping-regeling, ook een maatregel die vooral het grote internationale bedrijfsleven raakt.
Maar misschien nog wel het belangrijkste is dat de politiek elke gelegenheid aangrijpt om de multinationals te bashen met hun belastingbesparende structuren. Die discussie heb ik altijd met enige verbazing gevolgd. Een particulier die een eigen woning koopt met geleend geld, trekt de hypotheekrente af van de belasting. Daar is niks mis mee, want dit staat zo in onze wet. Betaalt een bedrijf minder vennootschapsbelasting in Nederland door gebruik te maken van de innovatiebox, dan is daar ook niks mis mee, want ook dat staat zo in onze wet. Maar zodra een internationaal opererend bedrijf gebruikmaakt van gunstige(re) winstbelastingregimes in andere landen, is de wereld opeens te klein en is sprake van ongeoorloofde belastingbesparing. Maar daar is dan toch ook niks mis mee? Dat staat toch immers in de belastingwet van die andere landen? Een multinational opereert nu eenmaal wereldwijd. Dan is het vanuit de multinational gedacht – gericht op winststreven en dus kosten(- en belasting)minimalisatie – toch volstrekt logisch dat die hiervan gebruikmaakt? Als de politiek dat niet wenselijk vindt, en ook dat kan ik me goed voorstellen, moet die niet jammeren maar de wet aanpassen. Wat inmiddels ook steeds meer gebeurt, met name onder invloed van het BEPS-project van de OESO/G20 en de EU-antibelastingontwijkingsrichtlijnen. En dat is prima, vooral ook omdat dit niet louter nationaal maar in internationaal en EU-verband gebeurt, waardoor het internationale gelijke speelveld blijft gewaarborgd. Dat is natuurlijk ook het verschil met mijn hypotheekrente aftrekkende eigenwoningbezitter. Die laatste ervaart geen internationale fiscale concurrentie, multinationals uiteraard wel.

Specifiek in de relatie met Shell kan in dit verband ook nog worden genoemd de met ingang van 1 januari jl. flink aangescherpte liquidatieverliesregeling in de VPB. Liquidatieverliezen ter zake van non-EU/EER-deelnemingen kunnen voortaan, afgezien van een (voor een bedrijf als Shell verwaarloosbare) vaste aftrek van € 5 mln., niet meer in Nederland in aftrek worden gebracht. Bekend is dat juist Shell van deze liquidatieverliesregeling voor haar non-EU/EER-deelnemingen gebruikmaakte. Olie en gas liggen immers vooral buiten de EU/EER voor het oprapen. Tel daarbij op dat Shell al jaren de dividendbelasting afgeschaft wil hebben, om de hierboven uiteengezette logische redenen, en zeer waarschijnlijk ook dat het (onbelaste) fusie-agio dat destijds in 2015, zestien jaar geleden, bij de overname van British Gas is gecreëerd, inmiddels wel zal ‘leeglopen’, lag de aankondiging van afgelopen maandag wat mij betreft dan ook geheel in de lijn der verwachting.

Vermoedelijk was de timing van de aanstaande de verhuizing mede ingegeven door het feit dat voormalig Tweede Kamerlid Snels van GroenLinks een paar weken geleden de terugwerkende kracht uit zijn initiatiefwetsvoorstel betreffende de eindafrekening in de dividendbelasting had gehaald. Als Shell wil vertrekken, dan moet het dat dus nu doen, vóórdat dit initiatiefwetsvoorstel het Staatsblad heeft gehaald (mocht het dit ooit halen), zo zullen ze bij Shell hebben gedacht. Maar dan kent Shell de linkse politiek niet goed, want Tweede Kamerlid Van der Lee (GroenLinks) die dit initiatiefwetsvoorstel na het vertrek van Snels uit de Tweede Kamer overneemt, heeft gelijk weer een terugwerkende kracht in het wetsvoorstel gestopt, nu naar maandag 15 november 2021, 15:00 uur, dus na de aankondiging van het vertrek van Shell. Opzichtiger kan haast niet. En kinderachtiger trouwens ook niet. Daarbij heeft GroenLinks blijkbaar niet geleerd van het verleden, want Unilever heeft zich niet laten tegenhouden door dit initiatiefwetsvoorstel en is toch vertrokken. Shell zal zich, zo is mijn inschatting, door dit wetsvoorstel evenmin laten tegenhouden. Shells vertrektrein rijdt nu en die gaat niet meer stoppen. Sterker nog, deze kleinzerige reactie van GroenLinks zal Shell vermoedelijk vooral sterken in haar keuze om Nederland te verlaten. In zo’n land dat multinationals alleen maar basht en wegpest, wil je natuurlijk niet (meer) wonen. Ik geef Shell daarom groot gelijk! De balans is in de discussie in Nederland volledig zoek en uitsluitend anti-multinational. Wat heb je dan nog in zo’n land te zoeken? Wegwezen dus! Ik ben benieuwd welk internationaal bedrijf zal volgen.

Informatiesoort: Column

Rubriek: Vennootschapsbelasting, Dividendbelasting

Focus: Focus

Carrousel: Carrousel

264

Gerelateerde artikelen