A-G Van Hilten is van mening dat X1 bv als overnemer het volledige ‘jaarbedrag' van de herzienings-BTW moet betalen, aangezien dit niet reeds verschuldigd is geworden vóór de overdracht van de onderneming.

De Fiscale eenheid voor de BTW X1 bv en X2 (hierna: X1 bv) exploiteert en handelt in onroerende zaken. X1 bv verkrijgt op 12 december 2007 een onderneming met toepassing van art. 31 Wet OB 1968 (thans art. 37d Wet OB 1968, overgang algemeen van goederen). Tot deze onderneming behoort een gebouw waarvan de herzieningstermijn nog niet is verstreken. X1 bv stelt dat zij alleen voor de periode 12 december 2007 tot en met 31 december 2007 de herzienings-BTW hoeft te betalen. Volgens Rechtbank Haarlem en Hof Amsterdam moet X1 bv echter de herzienings-BTW over heel 2007 betalen. Dit is een bedrag van ruim € 51.000. X1 bv gaat in cassatie. Advocaat-Generaal Van Hilten is van mening dat X1 bv het volledige ‘jaarbedrag' moet betalen, aangezien dit niet reeds verschuldigd is geworden vóór de overdracht van de onderneming. X1 bv treedt namelijk als overnemer in de plaats van de overdrager en bij de overnemer kan geen BTW worden (na)geheven die verschuldigd is geworden vóór de overname van de onderneming. De A-G concludeert tot ongegrondverklaring van het beroep van X1 bv.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 37d

Wet op de omzetbelasting 1968 31

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)

Editie: 17 september

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen