Het HvJ EU oordeelt dat mevrouw Gistö, die alleen omdat haar echtgenoot in dienst treedt bij de EU haar woonplaats in Luxemburg vestigt, wordt geacht haar fiscale woonplaats in Finland te hebben behouden, indien zij geen eigen beroepsbezigheid uitoefent.

De heer Gistö treedt in 2003 als vertaler in dienst van het Europees Parlement. Het gezin Gistö vestigt zich in 2003 in Luxemburg. Het gezin komt uit Finland. In 2007 legt mevrouw Gistö aan de Finse centrale belastingcommissie de vraag voor of ze beperkt of onbeperkt belastingplichtig is voor de Finse IB. Volgens de belastingcommissie is mevrouw Gistö onbeperkt belastingplichtig op grond van art. 14Protocol betreffende voorrechten en immuniteiten van Europese Gemeenschappen. De Finse rechter heeft een prejudiciële vraag in deze zaak gesteld. Het Hof van Justitie EU (HvJ EU) oordeelt dat mevrouw Gistö, die alleen omdat haar echtgenoot in dienst treedt bij de EU haar woonplaats in Luxemburg vestigt, wordt geacht haar fiscale woonplaats in Finland te hebben behouden, indien zij geen eigen beroepsbezigheid uitoefent. Volgens het HvJ EU is deze uitleg niet in strijd met het beginsel van gelijke behandeling, omdat mevrouw Gistö vanuit fiscaal oogpunt niet kan worden geacht in dezelfde situatie te verkeren als een migrerend werknemer die zich in een andere dan zijn lidstaat van herkomst vestigt.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Internationaal belastingrecht

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen

1

Gerelateerde artikelen