Hof Amsterdam oordeelt dat het eigen verkoopcijfer van het appartement geen juiste maatstaf is voor de WOZ-waarde omdat de aan de woning toe te rekenen waarde van de grond hierin niet is begrepen.

X heeft een appartement in de gemeente Zaanstad. De grond heeft X in erfpacht. In geschil is de WOZ-waarde 2014 van de onroerende zaak, bestaande uit de grond en het appartement. De gemeente verdedigt een WOZ-waarde van € 173.000. X vecht deze waarde aan en verwijst daarbij naar het (lagere) bedrag waarvoor hij het appartement op 18 december 2014 heeft verkocht.

Hof Amsterdam oordeelt dat het eigen verkoopcijfer van het appartement geen juiste maatstaf is voor de WOZ-waarde omdat de aan de woning toe te rekenen waarde van de grond hierin niet is begrepen. De WOZ-waarde van de woning moet worden vastgesteld alsof X daarvan de volle en onbezwaarde eigendom heeft, waarin begrepen (het aandeel in) de waarde van de grond. Het hof verenigt zich met het oordeel van de rechtbank dat de heffingsambtenaar via de methode van vergelijking met verkoopcijfers van andere objecten aannemelijk heeft gemaakt dat de waarde van het appartement niet te hoog is vastgesteld en dat daarbij voldoende rekening is gehouden met de verschillen tussen het appartement en die objecten. Het hoger beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 14 juni

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen