Rechtbank Overijssel oordeelt in beroep dat de gemeente Ermelo de waarde van het strand/ligweide bij het recreatieterrein van X niet te hoog heeft vastgesteld. 

X is eigenaar van een recreatiegebied. De gemeente Ermelo stelt de WOZ-waarde naar waardepeildatum 1 januari 2011 na bezwaar vast op € 1.969.000,00. X komt in beroep. In geschil is de waarde van de objectdelen "Strand / ligweiden rest". Rechtbank Overijssel oordeelt dat in de uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden van 7 april 2010, ECLI:NL:GHARN:2010:BM2112 en van 27 november 2012, ECLI:NL:GHARN:2012:BY5427 is bepaald dat de helft van de oppervlakte van het strand en de ligweiden zo nauw samenhangt met het water, dat het moet worden geacht in die waarde te zijn meegenomen. Het hof heeft in deze uitspraken aan het water een waarde van € 1 toegekend. In de onderhavige casus liggen de feiten echter anders. De oppervlakte van het bij X in eigendom zijnde strand en de ligweiden is veel groter dan het bij X in eigendom zijnde water. In de zaken voor het hof was die verhouding juist andersom. De  uitspraken van het hof kunnen dus voor de waardering van het strand en de ligweiden in deze zaak niet tot uitgangspunt worden genomen. De gemeente heeft voor de waardering van het strand en de ligweiden, nadat daarop de helft van de oppervlakte van het bij X in eigendom zijnde water in mindering is gebracht, terecht onder andere aansluiting gezocht bij de agrarische grondwaarde. Het beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 25 maart

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen