Belanghebbende, X, heeft in het jaar 2009 een opleiding tot verkeersvlieger afgerond en is aansluitend gaan werken als piloot. Om zijn brevet geldig te houden heeft X in het jaar 2012 kosten gemaakt. De inspecteur staat niet toe dat X die kosten als scholingsuitgaven in aftrek brengt. Volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant kwalificeren alleen uitgaven die worden gedaan in het kader van het volgen van een leertraject als scholingsuitgaven. De kosten van de medische keuring, de headset, het vernieuwen van de license, de stomerij, de iPad en de supplies voldoen hier niet aan. Ook de kosten voor een simulatortraining zijn niet als scholingsuitgaven aftrekbaar. Het beroep van X wordt ongegrond verklaard. X gaat in hoger beroep.
Volgens Hof 's-Hertogenbosch is, gezien het gewijzigde standpunt van de inspecteur, niet langer in geschil dat de simulatortraining kan worden gezien als een leertraject. Aan de voorwaarde "met het oog op het verwerven van inkomen uit werk en woning" wordt dan voldaan. De kosten voor de simulatortraining zijn als scholingsuitgaven aftrekbaar. In die zin is het hoger beroep gegrond. Het hof beslist verder dat X niet aannemelijk heeft gemaakt dat de overige kosten in rechtstreeks verband met een leertraject staan. Ook verwerpt het hof het beroep van X op het vertrouwensbeginsel omdat de in het jaar 2009 gemaakte kosten voor de medische keuring en de headset door de inspecteur in dat jaar zonder het stellen van vragen geaccepteerd zijn. In het jaar 2009 was X nog bezig met zijn opleiding en was er sprake van een wezenlijk verschillende situatie, aldus het hof.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.27