De onroerende zaak van eiseres (X) bestaat uit een woning op een perceel grond. Een deel van het perceel is in gebruik bij de woning, een deel wordt gebruikt door X voor de opfok van paarden. De waarde van deze gehele onroerende zaak is bij een WOZ-beschikking vastgesteld. Bij uitspraak op bezwaar is de waarde van de onroerende zaak verminderd. Daarbij is een proceskostenvergoeding verleend, maar vergoeding van de kosten van het taxatierapport dat X heeft laten maken werd geweigerd. In geschil is de waarde van de woning alsook de kostenvergoeding voor de bezwaarfase.
Rechtbank Arnhem oordeelt dat het deel van de onroerende zaak dat als woning wordt gebruikt en het deel dat bij het paardenfokkerijbedrijf in gebruik is, niet dezelfde gebruiker hebben. Daarom moeten beide delen afzonderlijk worden getaxeerd. De WOZ-beschikking kan alleen betrekking op één – op de juiste wijze afgebakend - belastingobject (HR 27 september 2002, BNB 2002/376, LJN AD5341). Het beroep is gegrond. X krijgt een proceskostenvergoeding voor de bezwaarfase vermeerderd met een kostenvergoeding voor het taxatierapport.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Arnhem