Belanghebbende, X, is kentekenhouder van een blauwe Volkswagen Polo. X leent deze auto uit aan iemand anders die op 28 april 2011 ermee parkeert in de gemeente Nijmegen zonder de verschuldigde parkeerbelasting te betalen. Een parkeercontroleur legt een naheffingsaanslag parkeerbelasting op die hij op kenteken stelt en aan de voorruit van de auto achterlaat. In geschil is of, zoals X stelt, de gemeente de naheffingsaanslag had moeten uitreiken aan de feitelijke parkeerder (niet zijnde X als houder van het voertuig) als deze ter plaatse is op het moment dat de parkeercontroleur de naheffingsaanslag parkeerbelasting oplegt.
Rechtbank Arnhem oordeelt dat de gemeente, wanneer de parkeerbelasting niet op aangifte wordt voldaan, kan volstaan met het opleggen van een naheffingsaanslag parkeerbelasting aan de kentekenhouder van de auto. Wanneer de parkeerbelasting niet wordt voldaan, heeft dit namelijk van rechtswege als gevolg dat de kentekenhouder (mede)belastingschuldige wordt. Krachtens vaste jurisprudentie is voor vernietiging van de aanslag geen reden, ook niet als de wijze van bekendmaking onjuist zou zijn geweest. Het antwoord op de vraag of de naheffingsaanslag moet worden uitgereikt aan de feitelijke parkeerder (niet zijnde de houder van het voertuig) als deze ter plaatse is op het moment dat de parkeercontroleur de naheffingsaanslag parkeerbelasting oplegt, kan dan ook in het midden blijven. Het beroep van X is ongegrond.