X houdt zich bezig met de uitgifte van zogenoemde A-cards. De houder van een dergelijke card heeft recht op korting bij of in de op de desbetreffende kaart vermelde bedrijven. In zijn arresten van 15 juni 1998 (BNB 1998/312) heeft de Hoge Raad beslist dat deze card kan worden gebruikt als (gedeeltelijke) betaling voor verstrekkingen van in dat geval spijzen en dranken. Op grond hiervan heeft Rechtbank Breda geoordeeld dat A-cards geen ‘ander waardepapieren' vormen in de zin van de btw-vrijstelling voor de handel in effecten noch ‘andere handelspapieren' in de zin van de btw-vrijstelling voor de handel in cheques. In geschil is of dit juist is.Hof 's-Hertogenbosch stelt aan het Hof van Justitie EU prejudiciële vragen of de uitgifte en verkoop van de A-card valt onder vrijstelling voor handelingen inzake andere waardepapieren dan wel voor handelingen betreffende andere handelspapieren.