Belanghebbende (X bv) verhuurt kamers aan prostituees. Verder verzorgt zij ook de verstrekking van linnengoed, massageolie, condooms en zorgt ze voor het schoonmaken van de kamers. De bezoekers rekenen vooraf de kamerhuur met belanghebbende af en met de prostituees over de door hen te verrichten diensten. In 2000 stellen belanghebbende en de inspecteur een vaststellingsovereenkomst op in verband met de btw-heffing. Overeengekomen wordt dat belanghebbende de btw namens de prostituees afdraagt. In 2004 beëindigt de inspecteur de overeenkomst. Belanghebbende past daarop haar bedrijfsvoering aan en draagt onder andere niet meer de btw namens de prostituees af. Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de door belanghebbende verrichte hoofddienst niet zozeer bestaat uit de verhuur van kamers, maar uit het gelegenheid geven tot prostitutie. Volgens het hof gaat de door de prostituee geleverde dienst in de door belanghebbende geleverde dienst op en is er sprake van één (samengestelde) prestatie voor de btw. Belanghebbende moet dan ook de btw afdragen over de gehele omzet, die bestaat uit de huuropbrengsten en de door de prostituees ontvangen bedragen. De Hoge Raad oordeelt dat het hof eerst had moeten onderzoeken of er ook een rechtsbetrekking bestaat tussen de prostituee en de klant, op grond waarvan de prostituee zelfstandig jegens de klant een prestatie tegen vergoeding verricht, of dat er alleen een rechtsbetrekking bestaat tussen belanghebbende en de klant voor alle handelingen die jegens de klant worden verricht. Als over de rechtsbetrekkingen duidelijkheid bestaat, kan volgens de Hoge Raad pas worden beoordeeld of de verschillende handelingen, als ze door belanghebbende jegens de klant worden verricht, tezamen één dienst vormen. De Hoge Raad verwijst de zaak naar Hof Arnhem.
Inhoudsopgave van deze editie
Gerelateerde artikelen
Nederlandse BTW verschuldigd door vermelding Nederlandse BTW op factuur
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat vast staat dat X Nederlandse BTW op de facturen heeft vermeld. Daarom is in Nederland BTW verschuldigd.
Geen BTW-vrijstelling voor ondernemingspensioenfonds volgens A-G
Advocaat-generaal Ettema concludeert dat het hof terecht van het arrest van de Hoge Raad van 9 december 2016 is uitgegaan en van belang heeft geacht of het beleggingsrisico dat de deelnemers van X lopen vergelijkbaar is met het beleggingsrisico dat deelnemers van een icbe lopen.
BTW-vrijstelling voor icbe’s volgens A-G niet van toepassing op bedrijfstakpensioenfonds
Advocaat-generaal Ettema concludeert dat het hof terecht van het arrest van de Hoge Raad van 9 december 2016 is uitgegaan en van belang heeft geacht of het beleggingsrisico dat de deelnemers van X lopen vergelijkbaar is met het beleggingsrisico dat deelnemers van een icbe lopen.
Inhoud pakket Belastingplan 2026 bekendgemaakt
De Staatssecretaris van Financiën heeft de Fiscale beleids- en uitvoeringsagenda 2025 naar de Tweede Kamer gestuurd. Hierin staan de keuzes die dit kabinet maakt. Zo is als bijlage een overzicht opgenomen van fiscale wetgeving zoals die nu is voorzien.
Fiscale verzamelwet 2026 ingediend bij Tweede Kamer
Het kabinet treft maatregelen om te voorkomen dat over de uitbetaling van een lijfrente geen belasting wordt betaald, waarmee belasting wordt ontweken. De maatregelen gaan in per 1 januari 2026 en gelden met terugwerkende kracht vanaf 25 april 2025. De maatregelen zijn onderdeel van de Fiscale verzamelwet 2026 die door staatssecretaris Van Oostenbruggen bij de Tweede Kamer is ingediend.
Doorbelasten verzekeringspremies aan medisch specialisten valt onder BTW-verzekeringsvrijstelling
Hof Amsterdam oordeelt dat de doorbelasting van de verzekeringspremie aan de MSC’s valt onder de BTW-verzekeringsvrijstellling.