Rechtbank Gelderland oordeelt dat het fonds dat door X en Y is aangegaan geen OFGR is. X en Y zijn beiden civielrechtelijk niet bevoegd om te beschikken over het vermogen dat op de bankrekening van de ander is gestald. Er is dan geen sprake van een fonds met een afgescheiden vermogen.

Belanghebbende, X, en Y, zijn partner, gaan een fonds voor gemene rekening aan. X brengt zijn bankrekening van ruim € 1 mln in en Y een bankrekening van ruim € 20.000. De inspecteur is van mening dat geen sprake is van een open fonds voor gemene rekening (OFGR) dat belastingplichtig is voor de VPB. Hij corrigeert dan ook de IB-aangifte van X. X is echter van mening dat het fonds kwalificeert als een OFGR en dat zijn participaties in het fonds om die reden kwalificeren als een aanmerkelijk belang.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat het fonds dat door X en Y is aangegaan geen OFGR is. Daarbij is van belang dat X en Y beiden civielrechtelijk niet bevoegd zijn om te beschikken over het vermogen dat op de bankrekening van de ander is gestald. Er is dan geen sprake van een fonds met een afgescheiden vermogen. Verder kan Y, als bewaarder/beheerder van het fonds, ook niet beschikken over het vermogen dat op de bankrekening van X staat. Ook kan X zonder toestemming van de bewaarder/beheerder van het fonds (Y) over zijn bankrekening beschikken. Het gelijk is aan de inspecteur.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 4.6

Wet op de vennootschapsbelasting 1969 2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Vennootschapsbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 26 november

17

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen