Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de kosten van ontslag hoofdelijke aansprakelijkheid van de ex-partner geen kosten van geldlening vormen omdat zij samenhangen met de afwikkeling van de echtscheiding.
De zaak (27 augustus 2019, ECLI:NL:GHARL:2019:7009) verloopt als volgt. Een man heeft een eigen woning met een eigenwoningschuld. De man is gescheiden en heeft de voormalig echtelijke woning en de bijbehorende eigenwoningschuld overgenomen. Bij zijn aangifte inkomstenbelasting voert hij als aftrekbare kosten voor de eigen woning onder andere een post kosten juridisch advies op. Het juridisch advies ziet op ondersteuning bij het ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijk van de ex-partner. De inspecteur gaat niet akkoord met de aftrekpost en corrigeert de aangifte.
Hof Arnhem-Leeuwarden is van mening dat de kosten van het juridisch advies in verband met het ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid van de ex-partner, horen bij de echtscheiding. Dit soort kosten vormen geen kosten van geldleningen in de zin van artikel 3.120, lid 1, onderdeel a, Wet IB 2001 en zijn daarom niet aftrekbaar. Het gelijk is aan de inspecteur.
Belang voor de praktijk
In de praktijk komt het voor dat een van de partners na verbreking van de relatie in de (voormalig) gezamenlijke woning blijft wonen. Een goede financiële afwikkeling is dan van belang. Onderdeel van de financiële afwikkeling is het ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid van de vertrekkende partner. Als de vertrekkende partner niet uit de hoofdelijke aansprakelijkheid wordt ontslagen, blijft deze namelijk aansprakelijk voor de geldlening. Daarnaast kan de vertrekkende partner problemen ondervinden bij de financiering van een nieuwe eigen woning.
De vraag of de vertrekkende partner ook daadwerkelijk uit de hoofdelijke aansprakelijkheid kan worden ontslagen, is een zaak van schuldenaren en geldverstrekker. Ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid vormt een wijziging van de hypotheekovereenkomst waarvoor instemming van alle betrokken partijen nodig is. De geldverstrekker gaat echter niet altijd akkoord met het ontslag van de ex-partner. Reden hiervan is vaak dat de schuldenaar die in de woning achterblijft niet aan de gehanteerde toetsingscriteria voldoet. Dat doet zich vooral voor als hij, gezien zijn inkomen, de hypotheeklasten niet kan dragen. Het verdient daarom aanbeveling om in de (financiële) afspraken rondom de verbreking van de relatie ook het ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid op te nemen.
Als ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid qua acceptatie niet kan plaatsvinden, is het voortduren van de hoofdelijke aansprakelijkheid na echtscheiding natuurlijk onwenselijk. Als zo'n situatie jaren voortduurt kan de vertrokken partner eisen dat de woning dan maar wordt verkocht. Zie in dat kader ook een uitspraak van Rechtbank Rotterdam van 29 mei 2019.
De Belastingdienst is dit jaar de informatiecampagne gestart 'Wie verder wil, maar niet samen'. Hiermee informeert de Belastingdienst mensen die uit elkaar gaan over de consequenties van echtscheiding voor belastingen en toeslagen. De eigen woning neemt binnen die campagne een centrale plaats in. Meer hierover staat op de website van de Belastingdienst.
Bron: Fiscaal Juridisch Adviesbureau Nationale Nederlanden
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Inkomstenbelasting, Invordering, Huwelijksvermogensrecht