Met een experimenteerbepaling wil het kabinet zzp’ers verleiden om een pensioen op te bouwen bij een pensioenfonds. Gerard Staats ziet geen heil in een dergelijke bepaling. Theo Gommer roept op om deze experimenteer-onzin te stoppen: “dit is niets meer dan luchtfietserij. Er is geen zzp’er die warmloopt voor een tweedepijlerpensioen.”

Experimenteerbepaling

De internetconsultatie van het wetsvoorstel toekomst pensioenen was nog niet gesloten of de eerste Tweede Kamervragen werden gesteld over de hierin opgenomen experimenteerbepaling. Deze vragen zijn onlangs beantwoord door minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

De experimenteerbepaling biedt ruimte voor een vrijwillige aansluiting van zelfstandigen bij een pensioenregeling in de tweede pijler. Zelfstandigen hebben nu slechts beperkt toegang tot pensioenopbouw bij een pensioenfonds. Sommige zzp’ers moeten verplicht deelnemen aan een bedrijfstakpensioenfonds of een beroepspensioenregeling. Het merendeel bepaalt zelf of zij naast de AOW straks nog een aanvullende oudedagsvoorziening wensen. Enkele zzp’ers zetten de pensioenregeling van de voormalig werkgever al dan niet beperkt in tijd vrijwillig voort, maar veruit de meeste zelfstandigen maken van die mogelijkheid geen gebruik.

Het blijkt dat zzp’ers maar beperkt sparen voor hun oude dag met als risico een grote inkomensterugval na pensionering. Het kabinet spreekt daarom van een zorgelijke ontwikkeling. De experimenten moeten zelfstandigen verleiden om vrijwillig te gaan deelnemen aan tweedepijlerpensioenen.

Experimenteer-onzin

Daar gaat helemaal niets van terechtkomen, voorspelt pensioenadvocaat Theo Gommer van Gommer & Partners en de &Gommer Pensions Group. “De experimenteerruimte komt uit de koker van vakbonden, ondersteund door de links georiënteerde politieke partijen, die het onderscheid tussen zelfstandigen en werknemers steeds verder willen verkleinen. In mijn ogen is dit luchtfietserij. De experimenteerruimte is bedacht zonder af te vragen of het nodig is, laat staan wenselijk. Een ‘slimme’ zzp’er gaat niet vrijwillig meedoen aan een collectieve tweedepijlerpensioen waar hij verplicht wordt tot een volledige premiebetaling, moet kiezen voor een levenslange uitkering en zijn geld bij overlijden kwijt is.”

DGA lijkt vergeten

De focus bij de experimenteerbepaling ligt op de zelfstandige. De dga lijkt te zijn vergeten, merkt specialist oudedagsvoorzieningen Gerard Staats op. Staats, werkzaam bij Bureau Vaktechniek BDO belastingadviseurs en universitair docent bij het Fiscaal Instituut van Tilburg University en de Open Universiteit, vindt dit merkwaardig. “Als we het toch hebben over inkomensvoorzieningen voor de oude dag, waarom neem je dan bijvoorbeeld de dga niet mee in het verplichte bedrijfstakpensioenfonds als de werknemers van zijn bedrijf hier ook onder vallen?”

Weinig heil

Los van de dga-opmerking is Staats net als Gommer kritisch op experimenten met een tweedepijlerpensioen voor zzp’ers. “Ik word hier niet warm van en ik geloof er niet in dat zzp’ers zich vrijwillig aansluiten bij een bedrijfstakpensioenfonds van hun sector. Ondernemers zijn zelfs procedures gestart om af te komen van de verplichte deelname aan het pensioenfonds voor de schildersbedrijfstak. Zzp’ers regelen nu nauwelijks iets voor hun oude dag. Zij kunnen wel een lijfrente afsluiten, maar ook dat gebeurt maar mondjesmaat. De gedachte dat zelfstandigen een adequate oudedagsvoorziening moeten opbouwen is goed, maar het schort aan de vormgeving.”

Verplicht sparen voor de oude dag

Als het zo belangrijk is dat ook zelfstandigen voldoende sparen voor hun oude dag, moet dit dan niet verplicht worden gesteld? Zowel Staats als Gommer zijn hier voorstander van. “Een zzp’er die genoeg verdient, mag je best verplichten een deel van dat inkomen boven de AOW-franchise in een oudedagspaarpotje te stoppen,” aldus Gommer. “Maximeer de pensioenopbouw bijvoorbeeld tot maximaal de WIA-loongrens van ongeveer 60.000 euro en laat de rest vrij. Als je weet dat je van één keer de AOW kunt rondkomen, dan kun je van twee keer de AOW helemaal rondkomen. Lukt pensioenopbouw gezien het inkomen niet, dan zegt dat meteen iets over de zelfstandigheid van de ondernemer in kwestie.”

“De grote omvang van de groep aan zelfstandigen rechtvaardigt om serieus te kijken naar hoe we zzp’ers kunnen verplichten iets te doen aan hun toekomstvoorziening. Daar ben ik voorstander van,” zegt Staats.

Opt-out

Een verplichte oudedagsspaarpot voor de zzp’er is voorlopig een stap te ver. Koolmees bekijkt de optie van een automatische aansluiting bij een pensioenfonds met de mogelijkheid voor de zelfstandige om via opt-out niet mee te doen. Staats pleit voor een opting-outsysteem. “Onderzoeken tonen aan dat als je mensen automatisch deel laat nemen met de keuzemogelijkheid van ‘ik doe niet mee’, het grootste deel blijft hangen in een pensioenachtige regeling. Een dergelijke opt-out moet je wel goed ontwikkelen.”

Als het aan Staats ligt hoeft het zeker geen opt-out mogelijkheid te zijn bij een pensioenfonds. “Zoals ik in 2014 al voorstelde in mijn proefschrift, zou je een semi-overheidsorgaan een pensioenproduct met niet te veel poespas kunnen laten aanbieden aan de zelfstandige. Of dat een tweede of derde pijler-product wordt, is mij om het even. Met de voorgestelde maximale beschikbare premie van 30% in het conceptwetsvoorstel toekomst pensioenen is de fiscale ruimte voor een oudedagsvoorziening in de tweede of derde pijler straks toch gelijk. Kijk vervolgens hoeveel zelfstandigen vrijwillig van het pensioenproduct afzien. Dan kun je daarna de opt-out verzwaren met de voorwaarde dat de zelfstandige die niet meedoet, moet aantonen dat hij op een andere manier in zijn oude dag voorziet.”

Bancaire lijfrente

Gommer ziet niets in een automatische aansluiting bij een pensioenfonds met opting-out. “Ik voorzie dat zelfstandigen zich in allerlei bochten zullen wringen om maar te opt-outen. Het beste ‘experiment’ voor zzp’ers is gelegen in de huidige bancaire lijfrente. Het geld komt dan niet in een collectieve pot, het spaartegoed is eindig en de inleg komt bij overlijden toe aan de erfgenamen. Bouw het bereik van de bancaire lijfrente verder uit in de komende overgangsfase naar een nieuw pensioenstelsel tot 2026. Stimuleer zzp’ers op een positieve manier tot deelname met een betere voorlichting over dit spaarproduct en met een lijst van aanbieders op de site van de Belastingdienst.”

“Mocht dat niet voldoende effect hebben, ga dan over tot ‘auto-enrolment’ zoals we dat kennen uit het Engelse meerpijlerpensioensysteem,” vervolgt Gommer. “Deelname aan de bancaire lijfrente door de zzp’er is dan semiverplicht. Laat de zzp’er in zijn belastingaangifte aantonen dat hij voldoende heeft gestort in zijn bancaire lijfrente. Zo niet dan volgt een hogere belastingaanslag waarbij de Belastingdienst het hogere bedrag stort naar een bancaire lijfrente-uitvoerder. Gaat het even minder, geef de zzp’er dan de mogelijkheid om een deel van het gespaarde bedrag op te nemen. Zo houdt de zelfstandig ondernemer de regie over zijn geld en hij spaart tegelijkertijd voor zijn oude dag.”

Bron: Redacteur Marit Muller

Informatiesoort: Nieuws, Interviews

Rubriek: Pensioenen

Focus: Focus

Carrousel: Carrousel

60

Gerelateerde artikelen